ECLI:NL:HR:2004:AN8487
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- A. Hammerstein
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Arrest inzake de bevoegdheid van het Gerecht in Eerste Aanleg van Sint Maarten en de opheffing van conservatoire beslagen
In deze zaak gaat het om een arrest van de Hoge Raad der Nederlanden, gewezen op 9 januari 2004, waarin de bevoegdheid van het Gerecht in Eerste Aanleg van Sint Maarten wordt beoordeeld in het kader van conservatoire beslagen die door SFT Bank N.V. zijn gelegd. De eisers tot cassatie, [Eiser 1] en DITITA OVERSEAS LIMITED, hebben in kort geding verzocht om opheffing van de door SFT gelegde beslagen. Het GEA Sint Maarten heeft op 13 juli 2001 de beslagen opgeheven, maar dit vonnis is door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba op 31 mei 2002 vernietigd, waarbij het hof oordeelde dat het GEA Sint Maarten niet bevoegd was om van de vorderingen tot opheffing kennis te nemen. De Hoge Raad heeft in cassatie de vraag behandeld of het hof terecht heeft geoordeeld dat het GEA Sint Maarten onbevoegd was. De Hoge Raad oordeelt dat het hof ten onrechte het GEA Sint Maarten onbevoegd heeft verklaard en dat de zaak terugverwezen moet worden naar het hof voor verdere behandeling. De Hoge Raad vernietigt het vonnis van het hof en veroordeelt [Eiser 1] in de kosten van het geding in cassatie. Dit arrest benadrukt de noodzaak van een juiste beoordeling van de bevoegdheid van de rechter in het kader van conservatoire beslagen en de gevolgen van een onjuiste bevoegdheidsverklaring.