ECLI:NL:HR:2004:AN8288
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Herrmann
- H.A.M. Aaftink
- D.H. Beukenhorst
- P.C. Kop
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wijziging van levensonderhoud in cassatie
In deze zaak heeft de man, verzoeker tot cassatie, op 21 juni 2001 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank te 's-Gravenhage. Hij verzocht om wijziging van de beschikking van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 24 oktober 1997, met als doel de uitkering tot levensonderhoud van de vrouw, verweerster in cassatie, met ingang van 1 januari 2000 op nihil vast te stellen. De vrouw heeft dit verzoek bestreden. De rechtbank heeft op 15 januari 2002 het verzoek afgewezen en de proceskosten gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten droeg.
De man heeft vervolgens hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Op 29 januari 2003 heeft het hof de beschikking van de rechtbank vernietigd voor wat betreft de proceskosten en de man veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van de vrouw in beide instanties. Voor het overige heeft het hof de beschikking van de rechtbank bekrachtigd. Tegen deze beschikking heeft de man beroep in cassatie ingesteld, waarbij het cassatierekest aan de beschikking van het hof is gehecht.
De vrouw heeft verzocht het beroep te verwerpen. De Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de klachten in het middel beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Gezien artikel 81 RO behoeft dit geen nadere motivering, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen, en deze beschikking is gegeven door vice-president R. Herrmann als voorzitter en de raadsheren H.A.M. Aaftink, D.H. Beukenhorst, P.C. Kop en F.B. Bakels, en in het openbaar uitgesproken door raadsheer F.B. Bakels op 9 januari 2004.