ECLI:NL:HR:2004:AN8077
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Herrmann
- H.A.M. Aaftink
- D.H. Beukenhorst
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- P.C. Kop
- Rechtspraak.nl
Cassatie over wijziging kinderalimentatie na echtscheiding
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 januari 2004 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende de wijziging van kinderalimentatie na een echtscheiding. De verzoeker, de man, had in 2001 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank te 's-Hertogenbosch om de beschikking van 16 januari 1998 te wijzigen. Hij verzocht om de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van zijn drie kinderen, die voortkwamen uit zijn inmiddels ontbonden huwelijk met de verweerster, op nihil vast te stellen met ingang van 1 januari 2001. De verweerster, de vrouw, heeft dit verzoek bestreden.
De rechtbank heeft het verzoek van de man op 8 januari 2002 afgewezen. Hierop heeft de man hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, waar de vrouw incidenteel hoger beroep heeft ingesteld. Het hof heeft op 24 december 2002 de beschikking van de rechtbank vernietigd en bepaald dat de man vanaf 1 januari 2001 een bedrag van € 40,-- per kind per maand aan de vrouw zal betalen, met een indexering die pas per 1 januari 2004 zou ingaan. De man heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen deze beschikking van het hof.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling geconcludeerd dat de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten geen nadere motivering behoeven, omdat zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de man dan ook verworpen, waarmee de beschikking van het hof in stand bleef.