ECLI:NL:HR:2003:AM2960

Hoge Raad

Datum uitspraak
19 december 2003
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
C02/251HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Arrest van de Hoge Raad inzake de verplichting tot voortzetting van onderhandelingen over onroerend goed

In deze zaak heeft Mega Onroerend Goed B.V. (hierna: Mega) verweerder in cassatie gedagvaard voor de rechtbank te Groningen. Mega vorderde dat verweerder zou worden verplicht om de onderhandelingen over de aankoop van onroerend goed voort te zetten en deze binnen een redelijke termijn en op een billijke basis te voltooien. De rechtbank heeft de vordering van Mega bij vonnis van 30 maart 2001 afgewezen. Mega heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Leeuwarden, dat op 1 mei 2002 het vonnis van de rechtbank heeft bekrachtigd. Mega heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof.

De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal L.A.D. Keus, die strekte tot verwerping van het beroep, in overweging genomen. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat bepaalt dat geen nadere motivering behoeft te worden gegeven wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

De Hoge Raad heeft het beroep van Mega verworpen en Mega veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van verweerder zijn begroot op € 301,34 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris. Dit arrest is uitgesproken in het openbaar op 19 december 2003 door de raadsheren J.B. Fleers, P.C. Kop, E.J. Numann en F.B. Bakels.

Uitspraak

19 december 2003
Eerste Kamer
Nr. C02/251HR
JMH/AT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
MEGA ONROEREND GOED B.V.,
gevestigd te Zenderen, gemeente Borne,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen,
t e g e n
[Verweerder],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
advocaat: mr. P.S. Kamminga.
1. Het geding in feitelijke instanties
Eiseres tot cassatie - verder te noemen: Mega - heeft bij exploot van 20 augustus 1999 verweerder in cassatie - verder te noemen: [verweerder] - gedagvaard voor de rechtbank te Groningen en - na wijziging en vermindering van eis bij conclusie van repliek - gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [verweerder] te veroordelen om binnen 14 dagen na de betekening van het in dezen te wijzen vonnis de tussen hem en Mega gevoerde onderhandelingen terzake de aankoop van het in de dagvaarding omschreven onroerend goed voort te zetten en deze binnen redelijke termijn en op redelijke en billijke basis te voltooien, zulks op straffe van een dwangsom van ƒ 5.000.000,-- voor het geval [verweerder] de desbetreffende onderhandelingen niet binnen de genoemde termijn voortzet of op redelijke en billijke basis voltooit.
[Verweerder] heeft de vordering bestreden.
De Rechtbank heeft bij vonnis van 30 maart 2001 de vordering van Mega afgewezen.
Tegen dit vonnis heeft Mega hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Leeuwarden.
Bij arrest van 1 mei 2002 heeft het hof het vonnis waarvan beroep bekrachtigd.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft Mega beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[Verweerder] heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L.A.D. Keus strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van de middelen
De in het middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing:
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Mega in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op € 301,34 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren J.B. Fleers, als voorzitter, P.C. Kop en E.J. Numann, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.B. Bakels op 19 december 2003.