ECLI:NL:HR:2003:AL6945
Hoge Raad
- Cassatie
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- F.W.G.M. van Brunschot
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen uitspraak Gerechtshof inzake naheffingsaanslag omzetbelasting aan Stichting X
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 24 mei 2002, betreffende een naheffingsaanslag in de omzetbelasting die was opgelegd aan de Stichting X te Z. De naheffingsaanslag, die betrekking had op het tijdvak van 1 januari 1996 tot en met 31 december 1996, bedroeg ƒ 41.260.044. Na bezwaar tegen deze aanslag, handhaafde de Inspecteur de naheffingsaanslag, waarop belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof verklaarde het beroep gegrond en vernietigde zowel de uitspraak van de Inspecteur als de naheffingsaanslag. De Staatssecretaris van Financiën ging hiertegen in cassatie.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof ten onrechte niet gemotiveerd heeft waarom het oordeel van de Inspecteur, dat belanghebbende een levering heeft verricht in de zin van de Wet op de omzetbelasting, niet juist zou zijn. De Hoge Raad stelt vast dat het Hof niet voldoende heeft onderbouwd dat er geen overeenkomst was tussen belanghebbende en de stichting A over de afbouw en oplevering van het complex. Dit gebrek in de motivering leidt tot de conclusie dat de uitspraak van het Hof niet in stand kan blijven. De Hoge Raad verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof, behoudens de beslissingen omtrent het griffierecht, en verwijst de zaak naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling en beslissing.
De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken op 3 oktober 2003, en de zaak betreft belangrijke juridische vragen over de levering van goederen en de toepassing van de Wet op de omzetbelasting.