ECLI:NL:HR:2003:AJ0538
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- D.H. Beukenhorst
- A. Hammerstein
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Cassatie over ontbinding huurovereenkomst en toerekenbare tekortkoming
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 28 november 2003 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen [Eiser] en BUBBELS B.V. De zaak betreft de ontbinding van een huurovereenkomst die tussen partijen was gesloten. BUBBELS B.V. had [Eiser] gedagvaard voor de kantonrechter te Bergen op Zoom, waarbij zij vorderingen had ingesteld tot ontbinding van de huurovereenkomst en schadevergoeding wegens wanprestatie. De kantonrechter wees de vordering van BUBBELS B.V. af, maar de rechtbank te Breda vernietigde dit vonnis in hoger beroep en ontbond de huurovereenkomst. [Eiser] ging in cassatie tegen dit vonnis.
De Hoge Raad oordeelde dat de rechtbank terecht had overwogen dat de in de huurovereenkomst opgenomen opleveringsdatum van 1 maart 2000 niet als een fatale termijn kon worden beschouwd. Dit betekende dat een schriftelijke ingebrekestelling vereist was om [Eiser] in verzuim te stellen. De rechtbank had echter ook geoordeeld dat [Eiser] zich niet kon beroepen op het ontbreken van een ingebrekestelling, omdat hij onvoldoende inspanningen had geleverd om BUBBELS B.V. inzicht te geven in de oplevering van het pand. De Hoge Raad bevestigde dit oordeel en verwerpt het cassatieberoep van [Eiser].
De uitspraak benadrukt het belang van redelijkheid en billijkheid in contractuele relaties en de verplichting van partijen om elkaar tijdig te informeren over de voortgang van contractuele verplichtingen. De Hoge Raad veroordeelt [Eiser] in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van BUBBELS B.V. zijn begroot op nihil.