ECLI:NL:HR:2003:AH9611
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- P.C. Kop
- F.B. Bakels
- A. Hammerstein
- Rechtspraak.nl
Verlening van verstek in cassatieprocedure en betekening aan procureur
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 juli 2003 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure waarbij eiser tot cassatie, vertegenwoordigd door advocaat mr. P. Garretsen, beroep heeft ingesteld tegen eerdere arresten van het Gerechtshof te Arnhem. De eiser heeft op 3 maart 2003 een dagvaarding uitgebracht tegen verweerder, die handelde onder de naam D.K.S. Systems. Verweerder is niet verschenen op de zitting van de Hoge Raad op 2 mei 2003, waarop eiser verzocht heeft om verstek te verlenen. De Advocaat-Generaal L.A.D. Keus heeft in zijn conclusie aangegeven dat verstek verleend kan worden.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling de relevante artikelen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) in overweging genomen, met name artikel 63, dat de betekening van de cassatiedagvaarding aan het kantoor van de advocaat of procureur mogelijk maakt. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de betekening op de juiste wijze heeft plaatsgevonden, ondanks dat verweerder niet op de zitting aanwezig was. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de combinatie van de wijzen van betekening, zoals geregeld in de artikelen 63 en 47 Rv, in dit geval correct is toegepast.
De Hoge Raad heeft vervolgens besloten om verstek te verlenen tegen de niet verschenen gedaagde, verweerder, en heeft de zaak verwezen naar de rolzitting van 8 augustus 2003 voor verdere procedure. Dit arrest biedt belangrijke inzichten in de toepassing van de betekening van dagvaardingen in cassatieprocedures en de vereisten voor het verlenen van verstek.