ECLI:NL:HR:2003:AF7682
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- H.A.M. Aaftink
- O. de Savornin Lohman
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- P.C. Kop
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Cassatie in faillissementszaak met betrekking tot schuldsanering en misdrijven
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 20 juni 2003 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die volgde op een faillissementszaak. De Rechtbank te Arnhem had op 31 januari 2000 de definitieve schuldsanering uitgesproken voor de verzoeker tot cassatie, hierna aangeduid als [verzoeker], en zijn echtgenote, [betrokkene 1]. Na een verslag van de bewindvoerder heeft de Rechtbank op 25 april 2001 een saneringsplan opgesteld. Op 14 november 2002 heeft de Rechtbank vastgesteld dat de schuldenaren tekortgeschoten zijn in hun verplichtingen, wat leidde tot de beëindiging van de schuldsanering en de benoeming van een curator.
Tegen deze beslissing hebben [verzoeker] en [betrokkene 1] hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof te Arnhem. Het Hof heeft op 23 december 2002 het vonnis van de Rechtbank ten aanzien van [verzoeker] bekrachtigd, maar het vonnis ten aanzien van [betrokkene 1] vernietigd en de schuldsaneringsregeling voor haar voortgezet. Alleen [verzoeker] heeft cassatie ingesteld tegen het arrest van het Hof.
De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade gevolgd en het arrest van het Gerechtshof vernietigd. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof niet voldoende had gemotiveerd dat [verzoeker] niet aan zijn inspanningsverplichting had voldaan, vooral gezien het feit dat hij hoger beroep had ingesteld tegen het strafvonnis dat aan zijn schuldsanering ten grondslag lag. De zaak is terugverwezen naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling en beslissing.