ECLI:NL:HR:2003:AF7528
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Herrmann
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- E.J. Numann
- A. Hammerstein
- Rechtspraak.nl
Cassatie van de vennootschap BABY DAN A/S tegen meerdere werkvoorzieningschappen en BruCa Produkten B.V.
In deze zaak heeft de vennootschap naar Deens recht, BABY DAN A/S, op 11 juli 2003 cassatie ingesteld tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam. De zaak begon toen BruCa c.s. op 16 mei 2001 Baby Dan in kort geding dagvaardde voor de President van de Rechtbank te Utrecht. BruCa c.s. vorderde de onmiddellijke opheffing van het beslag dat Baby Dan onder hen had gelegd, en vroeg tevens om een verbod voor Baby Dan om andere beslagen te leggen, met een dwangsom van ƒ 100.000,-- per dag dat het beslag ten onrechte voortduurde. De President heeft op 23 mei 2001 het beslag opgeheven en Baby Dan onder bepaalde voorwaarden een dwangsom opgelegd. Baby Dan ging in hoger beroep bij het Gerechtshof, dat op 10 januari 2002 het vonnis van de President bekrachtigde. Hierop heeft Baby Dan cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 11 juli 2003 het beroep in cassatie verworpen. De in de middelen aangevoerde klachten konden niet tot cassatie leiden, en de Hoge Raad oordeelde dat er geen nadere motivering nodig was, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft Baby Dan bovendien veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van BruCa c.s. op nihil zijn begroot. Dit arrest is gewezen door de vice-president R. Herrmann als voorzitter en de raadsheren J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, en is in het openbaar uitgesproken door raadsheer A. Hammerstein.