ECLI:NL:HR:2003:AF6609
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- A. Hammerstein
- P.C. Kop
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de beschikking van het Gerechtshof inzake bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 5 september 2003 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was aangespannen door de vader, verzoeker tot cassatie, tegen de moeder, verweerster in cassatie. De moeder had eerder bij de Rechtbank te Amsterdam verzocht om een bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van hun twee minderjarige kinderen, geboren in 1994 en 1997. De Rechtbank had dit verzoek op 4 juli 2001 toegewezen, waarbij de bijdrage was vastgesteld op ƒ 375,-- per kind per maand, met ingang van 1 januari 2000. De vader ging in hoger beroep bij het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 1 augustus 2002 de beschikking van de Rechtbank bekrachtigde. De vader stelde hiertegen cassatie in.
De Hoge Raad oordeelde dat het Gerechtshof niet voldoende rekening had gehouden met de kosten van verzorging en opvoeding die de vader als (mede-)verzorgende ouder maakt. De Hoge Raad vernietigde de beschikking van het Gerechtshof en verwees de zaak naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor verdere behandeling en beslissing. De Hoge Raad benadrukte dat bij de bepaling van de bijdrage ook de kosten die de vader maakt in het kader van het co-ouderschap in aanmerking moeten worden genomen. Dit leidde tot de conclusie dat de eerdere oordelen van het Gerechtshof niet in overeenstemming waren met de feiten en omstandigheden van de zaak.