ECLI:NL:HR:2003:AF5404
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.P. Balkema
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen vrijspraak en veroordeling voor medeplichtigheid aan diefstal met geweld
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 april 2003 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. De verdachte, geboren op Aruba in 1971 en ten tijde van de uitspraak gedetineerd in het Korrektie Instituut Aruba, was eerder vrijgesproken van een primair tenlastegelegde strafzaak. Echter, het Hof had hem wel veroordeeld voor medeplichtigheid aan diefstal, waarbij geweld en bedreiging met geweld tegen personen aan de orde waren. De verdachte kreeg een gevangenisstraf van zes jaren opgelegd.
Het beroep in cassatie werd ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. D.G. Kock uit Oranjestad, Aruba. De Advocaat-Generaal, Wortel, concludeerde dat het beroep verworpen moest worden. De Hoge Raad heeft de middelen van cassatie beoordeeld, maar oordeelde dat deze niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad stelde vast dat er geen rechtsvragen waren die in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling beantwoord moesten worden.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, omdat er geen gronden aanwezig waren voor vernietiging van de bestreden uitspraak. Dit arrest is uitgesproken door vice-president C.J.G. Bleichrodt, samen met de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens en J.P. Balkema, in aanwezigheid van waarnemend-griffier I.W.P. Verboon.