ECLI:NL:HR:2003:AF4154
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J. Zuurmond
- F.W.G.M. van Brunschot
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag vennootschapsbelasting en valutawinst
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam, waarin een aanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 1996/1997 werd gehandhaafd. De aanslag was opgelegd op een belastbaar bedrag van f 20.465.291, met een verhoging van f 250 wegens niet-tijdige aangifte. Na bezwaar van de belanghebbende handhaafde de Inspecteur de aanslag, waarna het Hof het beroep ongegrond verklaarde. De belanghebbende heeft vervolgens cassatie ingesteld.
De Advocaat-Generaal L.F. van Kalmthout concludeerde tot gegrondverklaring van het beroep en vernietiging van de uitspraak van het Hof, met een voorstel om de aanslag te verminderen tot f 5.356.291. De Hoge Raad beoordeelt de middelen die door de belanghebbende zijn ingediend. In middel I wordt geklaagd over het oordeel van het Hof dat het niet is toegestaan om het belastbare bedrag in een andere geldeenheid dan de gulden te berekenen. De Hoge Raad oordeelt dat de wet geen uitzondering maakt voor vennootschappen die hun jaarrekening in een andere geldeenheid opstellen, en dat het middel faalt.
Verdere middelen, waaronder middel V, dat stelt dat belastingheffing over valutawinst inbreuk maakt op het recht van vestiging, worden eveneens verworpen. De Hoge Raad concludeert dat de middelen niet tot cassatie kunnen leiden en dat er geen termen zijn voor een veroordeling in de proceskosten. Uiteindelijk verklaart de Hoge Raad het beroep ongegrond, en dit arrest is openbaar uitgesproken op 11 april 2003.