ECLI:NL:HR:2003:AF4117
Hoge Raad
- Cassatie
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- C.J.J. van Maanen
- Rechtspraak.nl
Beroep in cassatie tegen uitspraak Gerechtshof inzake waardering onroerende zaak
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 3 september 2001, betreffende de waardering van de onroerende zaak aan de a-straat 1 te Z. De waarde van deze onroerende zaak was bij beschikking vastgesteld op ƒ 849.000 voor het tijdvak van 1 januari 1997 tot en met 31 december 2000. Na bezwaar van belanghebbende heeft het college van burgemeester en wethouders de beschikking gehandhaafd, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof bevestigde de uitspraak van het college.
Belanghebbende heeft in cassatie aangevoerd dat een taxateur, nadat het beroep bij het Hof was ingesteld, onaangekondigd bij hem aan de deur is verschenen en geen toegang tot de woning heeft gekregen. De taxateur heeft vervolgens van een afstand enkele foto-opnamen gemaakt. Belanghebbende stelde dat het Hof deze omstandigheden niet had mogen meewegen in zijn beslissing. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof niet onterecht heeft geoordeeld, aangezien de taxateur vrij was om toestemming te vragen voor het bezichtigen van de woning. De Hoge Raad concludeert dat de eerste klacht van belanghebbende faalt.
Daarnaast oordeelt de Hoge Raad dat de overige klachten van belanghebbende ook niet tot cassatie kunnen leiden. Gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie is er geen noodzaak voor nadere motivering, omdat deze klachten niet leiden tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten en verklaart het beroep ongegrond. Dit arrest is uitgesproken op 7 februari 2003 door de raadsheren L. Monné, P.J. van Amersfoort en C.J.J. van Maanen, in tegenwoordigheid van waarnemend griffier A.I. Boussak-Leeksma.