ECLI:NL:HR:2003:AF3433

Hoge Raad

Datum uitspraak
25 april 2003
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
C02/026HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • A.E.M. van der Putt-Lauwers
  • H.A.M. Aaftink
  • D.H. Beukenhorst
  • F.B. Bakels
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over arbeidsovereenkomst en schadevergoeding

In deze zaak heeft First Data B.V. (hierna: First Data) verweerder in cassatie gedagvaard voor de Kantonrechter te Rotterdam. First Data vorderde onder andere een verklaring voor recht dat er sprake was van een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de arbeidsovereenkomst, alsook schadevergoeding op basis van wanprestatie. De Kantonrechter heeft in een tussenvonnis een comparitie van partijen gelast en later in een eindvonnis de vorderingen van First Data in conventie afgewezen, terwijl in reconventie First Data werd veroordeeld tot betaling aan verweerder. First Data heeft hoger beroep ingesteld bij de Rechtbank te Rotterdam, die de eerdere vonnissen van de Kantonrechter heeft bekrachtigd. Hierna heeft First Data cassatie ingesteld tegen het vonnis van de Rechtbank. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie verworpen, waarbij de klachten in de middelen niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad heeft First Data in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, die aan de zijde van verweerder op nihil zijn begroot.

Uitspraak

25 april 2003
Eerste Kamer
Nr. C02/026HR
SB
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
FIRST DATA B.V., gevestigd te 's-Gravenhage,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. H.J.W. Alt,
t e g e n
[verweerder], wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
1. Het geding in feitelijke instanties
Eiseres tot cassatie - verder te noemen: First Data - heeft bij exploit van 31 maart 1999 verweerder in cassatie - verder te noemen: [verweerder] - gedagvaard voor de Kantonrechter te Rotterdam en - na wijziging en vermeerdering van eis bij conclusie van repliek - gevorderd bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
1. primair: te verklaren voor recht dat er sprake is van een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:661 BW, en/of op grond van de overige tussen partijen ter invulling van deze arbeidsovereenkomst gemaakte afspraken en gesloten overeenkomsten;
2. subsidiair: te verklaren voor recht dat de opzegging van de arbeidsovereenkomst tegen 1 oktober 1998 kennelijk onredelijk is jegens First Data;
3. te bepalen dat [verweerder] schadeplichtig is jegens First Data primair tot volledige, door de hieronder op grond van punt 4 van het petitum te benoemen deskundige vast te stellen, schadevergoeding op grond van wanprestatie en subsidiair naar billijkheid op grond van kennelijke onredelijkheid;
4. in geval van schadeplichtigheid onder het in het petitum sub 3 primair genoemde (wanprestatie) bij tussenvonnis:
- een deskundige te benoemen die onder 3 primair van dit petitum genoemde schade van First Data zal begroten en vaststellen
- alsmede te bepalen dat de kosten voor de deskundige zullen worden gedragen door [verweerder];
5. bij eindvonnis: [verweerder] te veroordelen tot betaling van schadevergoeding:
primair: (wanprestatie) op basis van de door de rechtbank op grond van punt 3 benoemde deskundige vastgestelde schade, dan wel nader op te maken bij staat en voorlopig begroot op ƒ l00.000,--;
subsidiair: (kennelijk onredelijk ontslag) op basis naar alle omstandigheden van het geval redelijke schadevergoeding, eveneens voorlopig begroot op ƒ 100.000,--;
primair en subsidiair [verweerder] te veroordelen tot betaling van de inkoopwaarde vermeerderd met BTW van de voor hem bestelde en door hem meegenomen goederen, welke inkoopwaarde in totaal bedraagt ƒ 5.259,-- exclusief BTW, alles te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf datum van uitbrengen van deze dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening.
[Verweerder] heeft de vorderingen bestreden en in reconventie gevorderd:
1. First Data te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen het aan hem toekomend salaris over de maand september 1998, te vermeerderen met de wettelijke verhoging en de wettelijke rente;
2. First Data te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen het aan hem toekomend vakantiegeld over de maanden juni 1998 tot en met september 1998, te vermeerderen met de wettelijke verhoging en de wettelijke rente;
3. First Data te veroordelen om te betalen een geldelijke vergoeding terzake van niet genoten vakantiedagen over 1998, zijnde 10 (tien) dagen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 oktober 1998.
4. First Data te veroordelen om te betalen terzake van buiten gerechtelijke kosten een bedrag van ƒ 1.500,--, te vermeerderen met BTW.
First Data heeft de vorderingen in reconventie bestreden.
De Kantonrechter heeft bij tussenvonnis van 21 december 1999 een comparitie van partijen gelast.
Vervolgens heeft First Data haar eis verminderd en gevorderd bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
1. primair te verklaren voor recht dat er sprake is van een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:661 BW, en/of op grond van de overige tussen partijen ter invulling van deze arbeidsovereenkomst gemaakte afspraken en gesloten overeenkomsten;
2. subsidiair te verklaren voor recht dat de opzegging van de arbeidsovereenkomst tegen 1 oktober 1998 kennelijk onredelijk is jegens First Data,
3. te bepalen dat [verweerder] schadeplichtig is jegens First Data primair op grond van wanprestatie te veroordelen tot schadevergoeding nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet en subsidiair naar billijkheid op grond van kennelijke onredelijkheid;
4. primair en subsidiair [verweerder] te veroordelen tot betaling van de inkoopwaarde vermeerderd met BTW van de voor hem bestelde en door hem meegenomen goederen, welke inkoopwaarde in totaal bedraagt ƒ 5.259,-- exclusief BTW, alles te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf datum van uitbrengen van deze dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening.
Bij tussenvonnis van 6 juni 2000 heeft de Kantonrechter First Data zowel in conventie als in reconventie tot bewijslevering toegelaten. Na enquête heeft de Kantonrechter bij eindvonnis van 24 oktober 2000 in conventie First Data haar vorderingen ontzegd en in reconventie First Data veroordeeld om aan [verweerder] te voldoen de bruto tegenwaarde van ƒ 5.568,90 netto, vermeerderd met de wettelijke rente over ƒ 1.357,10 vanaf 1 oktober 1998 en over het restant bedrag vanaf de dag der dagvaarding, telkens tot de dag der algehele voldoening, en het meer of anders gevorderde afgewezen.
Tegen de vonnissen van 21 december 1999, 6 juni 2000 en 24 oktober 2000 heeft First Data hoger beroep ingesteld bij de Rechtbank te Rotterdam. Bij memorie van grieven heeft zij gevorderd voormelde drie vonnissen te vernietigen en, opnieuw rechtdoende, [verweerder] te veroordelen tot schadevergoeding nader op te maken bij staat, te vereffenen volgens de wet, de opzegging kennelijk onredelijk te oordelen en subsidiair de Kantonrechtersformule te hanteren en op basis daarvan ten laste van [verweerder] een schadevergoeding op te leggen, te betalen aan First Data, primair met als uitgangspunt factor C=3, te weten ƒ 52.552,80 en uiterst subsidiair op te leggen ten laste van [verweerder] een vergoeding zoals de Rechtbank in goede justitie zal vermenen te behoren.
Bij vonnis van 4 oktober 2001 heeft de Rechtbank de drie bestreden vonnissen van de Kantonrechter bekrachtigd.
Het vonnis van de Rechtbank is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het vonnis van de Rechtbank heeft First Data beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[Verweerder] heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien artikel 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt First Data in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op nihil.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.E.M. van der Putt-Lauwers, als voorzitter, H.A.M. Aaftink en D.H. Beukenhorst, in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.B. Bakels op 25 april 2003.