ECLI:NL:HR:2003:AF3413
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- J.B. Fleers
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Arrest inzake de coöperatieve vereniging Beatrixziekenhuis en ProCall Factureerdiensten B.V. over kwaliteitsrekening en faillissement
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 juni 2003 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen de coöperatieve vereniging "COÖPERATIE VRIJGEVESTIGDE GENEESKUNDIGEN BEATRIXZIEKENHUIS B.A." (hierna: de Coöperatie) en ProCall Factureerdiensten B.V. (hierna: ProCall) en de curator van ProCall. De Coöperatie had ProCall gedagvaard voor de Rechtbank te Utrecht, waarbij zij vorderingen had ingesteld met betrekking tot een saldo op een rekening bij de Generale Bank, dat volgens haar niet tot de failliete boedel van ProCall behoorde. De Rechtbank oordeelde dat het saldo was afgezonderd van het failliete vermogen van ProCall, maar het Gerechtshof Amsterdam vernietigde dit vonnis in hoger beroep en wees de vorderingen van de Coöperatie af. De Coöperatie ging in cassatie tegen het arrest van het Hof.
De Hoge Raad heeft zich in deze zaak gebogen over de vraag of het saldo op de rekening bij de Generale Bank tot de failliete boedel van ProCall behoort. De Hoge Raad oordeelde dat de Rechtbank terecht had geoordeeld dat het saldo op de rekening een kwaliteitsrekening betrof, en dat het saldo dus niet tot de failliete boedel van ProCall behoorde. De Hoge Raad verwees naar eerdere jurisprudentie en wetgeving die de bescherming van derden in het geval van kwaliteitsrekeningen beoogt. De Hoge Raad concludeerde dat de Coöperatie niet in haar vorderingen kon worden gevolgd, en verwierp het beroep.
De uitspraak heeft belangrijke implicaties voor de rechtspositie van derden die gelden toevertrouwen aan notarissen en gerechtsdeurwaarders, en bevestigt de noodzaak van goede gronden voor het creëren van uitzonderingen op het beginsel van gelijke rang van schuldeisers. De Hoge Raad veroordeelde de Coöperatie in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van ProCall en de curator zijn begroot op € 2.113,35 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris.