ECLI:NL:HR:2003:AF1893
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- J.B. Fleers
- H.A.M. Aaftink
- A.G. Pos
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Cassatie over schadevergoeding en bewijslevering in civiele procedure
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 maart 2003 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen [eiser] en [verweerder]. De zaak begon met een dagvaarding door [verweerder] op 3 september 1998, waarin hij [eiser] en [betrokkene 1] (tezamen [eiser] c.s.) aansprakelijk stelde voor schadevergoeding. De Rechtbank te Utrecht heeft op 19 juli 2000 een tussenvonnis gewezen, waarin de vordering tegen [eiser] werd afgewezen, maar [verweerder] werd toegelaten tot bewijslevering. Hierop heeft [verweerder] hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 27 september 2001 het vonnis van de Rechtbank heeft vernietigd voor wat betreft de vordering met betrekking tot de Renault Clio en de BMW 320i Coupé. Het Hof heeft [eiser] veroordeeld tot schadevergoeding, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding.
Tegen dit arrest heeft [eiser] cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal L.A.D. Keus gevolgd, die had gepleit voor verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft [eiser] bovendien veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 1.663,07, waarvan een deel aan de Griffier en een deel aan [verweerder] moest worden voldaan. De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken door raadsheer F.B. Bakels.