ECLI:NL:HR:2003:AF0417
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J. Zuurmond
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- F.W.G.M. van Brunschot
- C.B. Bavinck
- J.W. van den Berge
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslagen accijns en omzetbelasting na diefstal van tabaksproducten
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 5 september 2003 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie van X B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 20 september 2001, betreffende naheffingsaanslagen in de accijns van tabaksproducten en de omzetbelasting. De naheffingsaanslagen waren opgelegd over het tijdvak november 1995, na de diefstal van tabaksproducten uit de accijnsgoederenplaats van belanghebbende. De Inspecteur had de naheffingsaanslagen gehandhaafd, maar het Hof had de omzetbelasting vernietigd en de accijns verminderd tot het bedrag van ƒ 197.120,40. Belanghebbende heeft cassatie ingesteld tegen deze uitspraak.
De Hoge Raad heeft de argumenten van belanghebbende, die stelde dat er geen accijns verschuldigd was voor de gestolen goederen, verworpen. De Hoge Raad oordeelde dat op grond van de Wet op de accijns accijns verschuldigd is ter zake van de uitslag van accijnsgoederen, en dat gestolen goederen worden aangemerkt als uitgeslagen. De Hoge Raad bevestigde dat de vergunninghouder van de accijnsgoederenplaats aansprakelijk is voor de accijns van gestolen goederen.
Daarnaast heeft de Hoge Raad het beroep van belanghebbende verworpen dat zij aanspraak kon maken op een vrijstelling voor verliezen als bedoeld in de Accijnsrichtlijn. De Hoge Raad concludeerde dat het begrip 'verliezen' in de richtlijn niet ziet op verliezen door diefstal. De Hoge Raad verklaarde het beroep ongegrond en bevestigde de uitspraak van het Hof, waarbij de naheffingsaanslagen zijn gehandhaafd, met uitzondering van de omzetbelasting die was vernietigd.