ECLI:NL:HR:2003:AF0148
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- J.B. Fleers
- H.A.M. Aaftink
- A.G. Pos
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- Rechtspraak.nl
Cassatie over inzagerecht in contactjournalen van de Stichting Jeugdbescherming
In deze zaak heeft eiser, de vader van een tweeling, de Stichting Jeugdbescherming Rotterdam in kort geding gedagvaard om inzage te krijgen in het dossier met betrekking tot de hulpverlening aan zijn kinderen. Eiser vorderde dat de Stichting hem een kopie van het dossier, inclusief contactjournalen, ter beschikking zou stellen. Daarnaast vorderde hij dat zijn kinderen in de gelegenheid zouden worden gesteld om hun eerste communie te doen. De President van de Rechtbank te Rotterdam heeft de vorderingen van eiser op 5 september 2000 afgewezen. Eiser heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 28 maart 2001 het vonnis van de President heeft bekrachtigd. Eiser heeft vervolgens cassatie ingesteld bij de Hoge Raad.
In cassatie heeft de Hoge Raad vastgesteld dat eiser zich beroept op het recht op inzage in het contactjournaal op basis van artikel 1:377c BW en de artikelen 6 en 8 van het EVRM. De Hoge Raad oordeelt dat de contactjournalen, die persoonlijke werkaantekeningen van de maatschappelijk werker bevatten, niet voor inzage door derden vatbaar zijn. De Hoge Raad wijst erop dat de maatschappelijk werker in alle vrijheid zijn gedachten en ideeën moet kunnen opschrijven in het kader van het hulpverleningsproces. Het inzagerecht dat eiser bepleit, kan niet worden ontleend aan de genoemde artikelen van het EVRM, noch aan artikel 1:377c BW. De Hoge Raad verwerpt het beroep van eiser en veroordeelt hem in de kosten van het geding in cassatie.