ECLI:NL:HR:2002:AE8216
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- J.B. Fleers
- A.G. Pos
- D.H. Beukenhorst
- P.C. Kop
- Rechtspraak.nl
Cassatie over verbeurde dwangsommen en de uitleg van dwangsombeschikkingen
In deze zaak heeft eiser, wonende te [woonplaats], de Gemeente Axel gedagvaard voor de Rechtbank te Middelburg. Eiser vorderde primair dat de bevoegdheid tot invordering van verbeurde dwangsommen was verjaard, subsidiair dat er geen dwangsommen waren verbeurd, en meer subsidiair dat de dwangsommen gematigd dienden te worden. De Rechtbank verklaarde het verzet ongegrond, behalve voor de buitengerechtelijke kosten. Eiser ging in hoger beroep bij het Gerechtshof te 's-Gravenhage, dat het vonnis van de Rechtbank bekrachtigde. Eiser stelde vervolgens beroep in cassatie in tegen het arrest van het Hof, waarbij verstek werd verleend tegen de Gemeente.
De Hoge Raad oordeelde dat in cassatie van de volgende feiten kan worden uitgegaan: de Gemeente had bij beschikking van 29 oktober 1997 bepaald dat eiser dwangsommen verbeurt bij niet-naleving van bepaalde voorschriften. Eiser had een dwangsom van ƒ 100,-- per dag verbeurd voor iedere dag dat hij na 18 november 1997 in gebreke bleef met de afvoer van 5 autowrakken. De Gemeente had eiser aangeschreven tot betaling van de verbeurde dwangsommen en een dwangbevel uitgevaardigd. De Hoge Raad oordeelde dat de rechter in een verzetprocedure in beginsel ervan dient uit te gaan dat de dwangsombeschikking in overeenstemming is met de wettelijke voorschriften en dat de last aan eiser om de autowrakken te verwijderen, gebaseerd was op de Wet milieubeheer.
De Hoge Raad verwerpt het beroep van eiser en oordeelt dat hij in de kosten van het geding in cassatie wordt veroordeeld, tot op deze uitspraak aan de zijde van de Gemeente begroot op nihil. De uitspraak is gedaan door de vice-president P. Neleman en de raadsheren J.B. Fleers, A.G. Pos, D.H. Beukenhorst en P.C. Kop, en openbaar uitgesproken op 8 november 2002.