ECLI:NL:HR:2002:AE8147
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag in de overdrachtsbelasting en het vertrouwensbeginsel
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 1 juni 2001, betreffende een naheffingsaanslag in de overdrachtsbelasting. De naheffingsaanslag, ter hoogte van ƒ 36.600, werd opgelegd aan belanghebbende na de verkrijging van een onroerende zaak, vergezeld van een boete van ƒ 3660. Na bezwaar tegen de naheffingsaanslag en de boetebeschikking, werden deze door de Inspecteur gehandhaafd. Belanghebbende ging in beroep bij het Hof, dat het beroep ongegrond verklaarde. Hierna heeft belanghebbende cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Hof.
De Hoge Raad behandelt de middelen die door belanghebbende zijn ingediend. Een van de belangrijkste punten in deze zaak betreft de aankondiging van de Staatssecretaris van Financiën en de Minister van Economische Zaken over een wetswijziging die betrekking heeft op de vrijstelling van overdrachtsbelasting. Belanghebbende stelt dat hij op basis van deze aankondiging in rechte te beschermen vertrouwen heeft dat de vrijstelling zou worden verleend voor de verkrijging die in 1999 heeft plaatsgevonden. De Hoge Raad oordeelt echter dat deze aankondiging enkel betrekking heeft op een toekomstige wetswijziging en geen rechtens te honoreren vertrouwen kan wekken dat de belastingdienst in afwachting van deze wijziging een beleid zal voeren alsof deze al van kracht is.
De Hoge Raad concludeert dat de ingediende middelen niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad acht het niet nodig om verder te motiveren, aangezien de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De proceskosten worden niet toegewezen, en de Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond. Dit arrest is uitgesproken op 27 september 2002 door de vice-president en twee raadsheren, in aanwezigheid van de waarnemend griffier.