ECLI:NL:HR:2002:AE4721
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- J.W. van den Berge
- C.J.J. van Maanen
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de waardering van onroerende zaken en de functie van cultuurgrond
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 22 januari 2001, betreffende de waardering van de onroerende zaak aan de a-straat 1 te Q voor het tijdvak van 1 januari 1997 tot en met 31 december 2000. De waarde was aanvankelijk vastgesteld op f 592.000 door het Hoofd van de afdeling Financiën van de gemeente Dronten, maar na bezwaar werd deze waarde verlaagd naar f 504.000. Het Hof heeft vervolgens de waarde verder verlaagd naar f 455.000, waarop belanghebbende in cassatie ging.
De Hoge Raad beoordeelt de middelen van belanghebbende en komt tot de conclusie dat het Hof terecht heeft geoordeeld dat de ambtenaar met het overgelegde taxatierapport aannemelijk heeft gemaakt dat het perceel grond van 9.000 m2 correct is gewaardeerd. Het Hof heeft vastgesteld dat de grond niet de functie van cultuurgrond heeft, wat betekent dat de vrijstellingsbepaling niet van toepassing is. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten van belanghebbende niet tot cassatie kunnen leiden, omdat het Hof op juiste gronden heeft geoordeeld.
Daarnaast heeft de Hoge Raad geen termen gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken op 28 juni 2002, waarbij het beroep ongegrond is verklaard. Dit arrest is van belang voor de rechtsontwikkeling met betrekking tot de waardering van onroerende zaken en de toepassing van vrijstellingsbepalingen in het belastingrecht.