ECLI:NL:HR:2002:AE2175
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Herrmann
- J.B. Fleers
- H.A.M. Aaftink
- O. de Savornin Lohman
- A. Hammerstein
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van RAB Bouwmarkt B.V. voor bedrijfsongeval van eiseres
In deze zaak heeft eiseres, bij exploit van 23 november 1998, RAB Bouwmarkt B.V. gedagvaard voor de Kantonrechter te Den Helder. Eiseres vorderde dat RAB aansprakelijk werd gesteld voor de gevolgen van een bedrijfsongeval dat haar op 4 januari 1994 was overkomen. Tevens vorderde zij schadevergoeding, te vermeerderen met wettelijke rente. RAB heeft de vordering bestreden. De Kantonrechter heeft bij tussenvonnis van 2 september 1999 eiseres toegelaten tot bewijslevering. Eiseres heeft hoger beroep ingesteld bij de Rechtbank te Alkmaar, die op 13 juli 2000 het tussenvonnis heeft bekrachtigd voor zover het eiseres toestond bewijs te leveren van het bestaan van het ongeval en de tijdige melding daarvan aan RAB en de medische dienst van de bedrijfsvereniging. Het vonnis is voor het overige vernietigd en de zaak is terugverwezen naar de Kantonrechter.
Tegen het vonnis van de Rechtbank heeft eiseres cassatie ingesteld. RAB heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep en de zaak is toegelicht door haar advocaat. De Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en eiseres in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op € 286,88 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen door vice-president R. Herrmann als voorzitter en raadsheren J.B. Fleers, H.A.M. Aaftink, O. de Savornin Lohman en A. Hammerstein, en openbaar uitgesproken door raadsheer A. Hammerstein op 28 juni 2002.