ECLI:NL:HR:2002:AD4610
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- F.H. Koster
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen beschikking inzake teruggave inbeslaggenomen auto
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een beschikking van de Arrondissementsrechtbank te Haarlem, waarin het beklag van klager, [klager], gegrond werd verklaard en de teruggave van een inbeslaggenomen Porsche Carrera werd gelast. De inbeslagname vond plaats op 18 mei 1999, toen [betrokkene 1] als verdachte werd aangehouden. Klager, die zich als eigenaar van de auto beschouwde, diende op 12 juli 1999 een klaagschrift in tegen de inbeslagneming. De Officier van Justitie vorderde handhaving van het beslag, maar de Rechtbank oordeelde dat klager de juridische eigenaar was en gelastte teruggave van de auto.
De Hoge Raad beoordeelt in cassatie of de Rechtbank terecht het beklag gegrond heeft verklaard. De Advocaat-Generaal Machielse concludeerde dat de Hoge Raad de beschikking zou moeten vernietigen en de zaak zou moeten verwijzen naar het Gerechtshof te Amsterdam. De Hoge Raad oordeelt dat de Rechtbank terecht heeft vastgesteld dat IDM Leasemaatschappij B.V. de juridische eigenaar van de auto was, en dat er geen aanwijzingen waren dat de overdracht aan IDM ongeldig was. Dit betekent dat de auto niet kon dienen als verhaalsobject voor eventuele betalingsverplichtingen van [betrokkene 1].
De Hoge Raad concludeert dat het middel van de Officier van Justitie niet tot cassatie kan leiden, omdat de Rechtbank op juiste gronden heeft geoordeeld. De Hoge Raad verwerpt het beroep en bevestigt de beslissing van de Rechtbank, waarbij de teruggave van de auto aan klager werd gelast. De beschikking is gegeven op 9 juli 2002 door de vice-president en twee raadsheren, en is openbaar uitgesproken.