ECLI:NL:HR:2002:AB2865
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J. Zuurmond
- F.W.G.M. van Brunschot
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Cassatie over navorderingsaanslag vennootschapsbelasting en zakelijke uitgaven voor paardenhouderij
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam, die betrekking heeft op een navorderingsaanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 1996. De belanghebbende, een uitzendbureau dat zich richt op de metaalbranche, had een negatieve belastbare winst van f 14.033 aangegeven. De Inspecteur handhaafde een navorderingsaanslag van f 12.599, waartegen de belanghebbende in beroep ging. Het Hof verklaarde het beroep gegrond en verlaagde de navorderingsaanslag tot f 5941. De belanghebbende stelde dat de kosten van het houden van twee renpaarden, die zij als verkoopkosten had opgevoerd, zakelijk waren en bijdroegen aan de naamsbekendheid van de onderneming.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof terecht heeft geoordeeld dat de kosten van het houden van de paarden niet uitsluitend zakelijk waren, maar ook persoonlijke behoeften van de directeur/enig aandeelhouder dienden. Het Hof had vastgesteld dat de uitgaven voor de paarden in een wanverhouding stonden tot de zakelijke belangen van de onderneming. De Hoge Raad bevestigt dat de rechter de werkelijke aard van de uitgaven kan beoordelen en dat de kosten die niet met het oog op de zakelijke belangen zijn gemaakt, niet ten laste van de winst kunnen worden gebracht. De Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van het Hof, waarbij de proceskosten niet worden toegewezen.
Dit arrest is gewezen door de vice-president G.J. Zuurmond als voorzitter, en de raadsheren F.W.G.M. van Brunschot, P. Lourens, C.B. Bavinck en J.C. van Oven, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en uitgesproken in het openbaar op 14 juni 2002.