ECLI:NL:HR:2001:AD9358
Hoge Raad
- Herziening
- C.J.G. Bleichrodt
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.P. Balkema
- Rechtspraak.nl
Herziening van een in kracht van gewijsde gegaan arrest van het Gerechtshof te Arnhem inzake overtreding van de Wegenverkeerswet 1994
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 december 2001 uitspraak gedaan op een aanvraag tot herziening van een eerder arrest van het Gerechtshof te Arnhem, dat op 27 januari 1999 was gewezen. De aanvrager, geboren in 1960, had eerder een veroordeling gekregen voor overtreding van artikel 8, tweede lid, aanhef en onder a, van de Wegenverkeerswet 1994. De aanvraag tot herziening was gebaseerd op de stelling dat de Koninklijke marechaussee niet bevoegd was om op te treden, een standpunt dat door de Hoge Raad in een eerder arrest van 9 mei 2000 was bevestigd. De Hoge Raad oordeelde echter dat de aanvraag tot herziening ongegrond was, omdat de aangevoerde gronden niet voldeden aan de vereisten van artikel 457 van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad stelde vast dat de eerdere uitspraken van de Kantonrechter en de Hoge Raad geen bewezenverklaring bevatten en dat de aanvrager geen nieuwe feiten of omstandigheden had aangedragen die niet eerder bekend waren bij de rechter.