ECLI:NL:HR:2001:AD5302
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- C.H.M. Jansen
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- J.B. Fleers
- A.G. Pos
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van waterschap voor schade door wateroverlast en zorgplicht
In deze zaak heeft eiser, een pachter van een perceel grond in de [...]polder, het Waterschap aangeklaagd voor schadevergoeding wegens wateroverlast die zijn oogsten in de jaren 1992, 1993 en 1994 heeft aangetast. Eiser vorderde een bedrag van ƒ 131.864,70, vermeerderd met wettelijke rente, als gevolg van schade die hij had geleden door de wateroverlast. De Rechtbank te 's-Gravenhage heeft in een tussenvonnis een comparitie van partijen gelast en later eiser toegelaten tot het leveren van bewijs. Het Waterschap heeft de vordering bestreden en het Hof heeft uiteindelijk het vonnis van de Rechtbank bekrachtigd.
Eiser heeft cassatie ingesteld tegen het arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, dat de grieven van eiser en het Waterschap verwierp. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het Hof onvoldoende aandacht heeft besteed aan de klachten van eiser over de wateroverlast in 1993. De Hoge Raad heeft het arrest van het Gerechtshof vernietigd en de zaak verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. De Hoge Raad heeft het Waterschap in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld.
De Hoge Raad heeft in zijn overwegingen benadrukt dat de zorgplicht van het Waterschap niet alleen reactief is, maar ook proactief kan zijn, afhankelijk van de omstandigheden. De verplichtingen van het Waterschap zijn niet beperkt tot het reageren op klachten van ingelanden, maar omvatten ook het nemen van maatregelen om schade te voorkomen, vooral in situaties waarin eerdere klachten zijn geuit over wateroverlast. Dit arrest heeft belangrijke implicaties voor de verantwoordelijkheden van waterschappen in Nederland.