ECLI:NL:HR:2001:AD4312
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen maatregel tot plaatsing in inrichting voor jeugdigen na verkrachting
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, waarin de verdachte, geboren in 1982 en ten tijde van de uitspraak gedetineerd in een Jongeren Opvangcentrum, was veroordeeld tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen wegens verkrachting. De verdachte heeft beroep in cassatie ingesteld op 3 januari 2000, na een eerdere veroordeling door de Arrondissementsrechtbank te Amsterdam op 17 mei 1999. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld op 26 juni 2001, meer dan 16 maanden na het instellen van het cassatieberoep, wat leidt tot de vaststelling dat de redelijke termijn zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het EVRM is overschreden. De Hoge Raad oordeelt echter dat deze termijnoverschrijding niet leidt tot strafvermindering, omdat het Hof geen straf heeft opgelegd, maar enkel een maatregel tot plaatsing. De maatregel is niet vooraf in duur bepaald, waardoor vermindering niet aan de orde is. De Hoge Raad concludeert dat het middel niet tot cassatie kan leiden en dat er geen gronden zijn voor ambtshalve vernietiging van de bestreden uitspraak. Het beroep wordt verworpen.