ECLI:NL:HR:2001:AB2776
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J. Zuurmond
- F.W.G.M. van Brunschot
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de belastingaanslag en de exploitatie van imagerechten
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, die betrekking heeft op een aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 1991. De belanghebbende had eerder bezwaar gemaakt tegen de aanslag, die door de Inspecteur was verminderd. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Inspecteur, waarna belanghebbende in cassatie ging. De Staatssecretaris van Financiën diende een verweerschrift in, en belanghebbende een conclusie van repliek.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat belanghebbende in 1987 aan J Limited het recht verleende om zijn imagerechten in de Europese Gemeenschap te exploiteren. In 1991 werd een overeenkomst gesloten met L SPA, waarbij L het recht verkreeg om de imagerechten wereldwijd te exploiteren. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof terecht had geoordeeld dat de betalingen van L aan J gedeeltelijk hun oorzaak vonden in de door belanghebbende verrichte prestaties. Het Hof had ook geoordeeld dat de overeenkomst met L een driepartijenovereenkomst was, waarbij de prestaties van belanghebbende niet ondergeschikt waren aan het exploitatierecht dat hij aan J had verleend.
De Hoge Raad concludeerde dat de uitleg van het Hof over de overeenkomst met L toereikend gemotiveerd was en niet onbegrijpelijk. De Hoge Raad verklaarde het beroep ongegrond, en oordeelde dat er geen termen aanwezig waren voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de vice-president en vier raadsheren, en openbaar uitgesproken op 24 juli 2001.