ECLI:NL:HR:2001:AB1844
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- D.H. Beukenhorst
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Cassatie over waterschapsomslag en ruilverkavelingsrente
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 30 mei 2001 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende de aanslagen in de waterschapsomslag van het waterschap De Middelsékrite. De belanghebbende, X, had beroep ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 14 augustus 1998, waarin de aanslagen voor het jaar 1996 werden gehandhaafd. De belanghebbende was genothebbende krachtens zakelijk recht van ongebouwde onroerende zaken in het beheersgebied van het waterschap. Na bezwaar tegen de aanslagen, dat door het dagelijks bestuur van het waterschap werd afgewezen, volgde een beroepsprocedure bij het Hof, dat de eerdere uitspraak bevestigde.
In cassatie heeft de belanghebbende betoogd dat het waterschap op grond van beginselen van behoorlijk bestuur, met name het zorgvuldigheidsbeginsel en het beginsel van redelijke belangenafweging, verplicht was om een compensatie te bieden voor de cumulatie van ruilverkavelingsrente en waterschapsomslag. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van de belanghebbende niet konden leiden tot cassatie, omdat de wetgeving omtrent de instelling van omslagklassen geen ruimte bood voor een aparte, lager belaste omslagklasse voor de ingelanden met onroerende zaken in een ruilverkavelingsgebied oude stijl. De Hoge Raad bevestigde dat de beslissing van het Hof juist was en dat er geen termen aanwezig waren voor een veroordeling in de proceskosten.
De Hoge Raad heeft ook de klacht van de belanghebbende over de schending van het beginsel van onpartijdige en onafhankelijke rechtspraak verworpen, omdat de bezwaren van de belanghebbende ten aanzien van de aanslagen door de Hoge Raad volledig zijn beoordeeld en ongegrond zijn bevonden. De uitspraak van het Hof blijft derhalve in stand, en de Hoge Raad verwerpt het beroep.