ECLI:NL:HR:2001:AB0495
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- J.P. Balkema
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van een arrest van het Gerechtshof inzake verkeersdelict met zwaar lichamelijk letsel
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, waarbij de verdachte vrijgesproken werd van het primair tenlastegelegde, maar wel veroordeeld tot negen maanden gevangenisstraf voor overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994. De Hoge Raad heeft op 13 maart 2001 uitspraak gedaan. De verdachte was betrokken bij een verkeersongeval dat resulteerde in zwaar lichamelijk letsel voor twee inzittenden van een Volkswagen. Het Gerechtshof had de verdachte veroordeeld, maar de Hoge Raad oordeelde dat de bewezenverklaring onvoldoende gemotiveerd was. De Hoge Raad vernietigde de bestreden uitspraak en verwees de zaak naar het Gerechtshof te Arnhem voor herbehandeling. De advocaat van de verdachte, mr. R.B. Milo, had middelen van cassatie voorgesteld, maar de Hoge Raad oordeelde dat de eerste klacht niet tot cassatie kon leiden. De zaak betreft belangrijke juridische vragen over de motivering van de bewezenverklaring en de ernst van het letsel. De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige beoordeling van de bewijsvoering in strafzaken.