ECLI:NL:HR:2001:AB0280
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- A.G. Pos
- D.H. Beukenhorst
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- Rechtspraak.nl
Cassatie over onroerendezaakbelastingen en tariefdifferentiatie tussen woningen en niet-woningen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van de commanditaire vennootschap X C.V. tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem, die betrekking heeft op een aanslag in de onroerendezaakbelastingen van de gemeente Doetinchem voor het jaar 1997. De belanghebbende, gebruikster van een winkelpand, heeft bezwaar gemaakt tegen de opgelegde aanslag, die was gebaseerd op een heffingsgrondslag van f 3.305.000. De burgemeester en wethouders van Doetinchem hebben het bezwaar afgewezen, waarna de belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof bevestigde de uitspraak van B en W, waarop de belanghebbende cassatie heeft ingesteld.
De Hoge Raad behandelt de argumenten van de belanghebbende, die stelt dat de tariefdifferentiatie tussen woningen en niet-woningen in strijd is met het gelijkheidsbeginsel zoals vastgelegd in artikel 26 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR) en artikel 14 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De belanghebbende betoogt dat onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen, gelijk behandeld moeten worden met woningen voor de heffing van onroerendezaakbelastingen.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof terecht heeft vastgesteld dat woningen en niet-woningen niet als gelijke gevallen kunnen worden aangemerkt. De wetgever heeft de gemeenten de bevoegdheid gegeven om tariefdifferentiatie toe te passen, en dit is niet in strijd met de genoemde verdragsbepalingen. De Hoge Raad concludeert dat de argumenten van de belanghebbende niet kunnen leiden tot cassatie, en verklaart het beroep ongegrond. De uitspraak van het Hof blijft daarmee in stand.