ECLI:NL:HR:2001:AA9510
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- F.H. Koster
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- Rechtspraak.nl
Oordeel over geluidsnormen en vergunningen in de horeca
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 januari 2001 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te Leeuwarden. De verdachte, geboren in 1957 en wonende in Bedum, was veroordeeld voor het overtreden van een voorschrift verbonden aan een vergunning die was verleend op basis van de Hinderwet, thans de Wet milieubeheer. Het Hof had de verdachte veroordeeld tot een geldboete van duizend gulden, subsidiair twintig dagen hechtenis, wegens het overschrijden van de maximale piekwaarde van muziekgeluid in zijn discotheek op 24 augustus 1997.
De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal Machielse gevolgd, die had gepleit voor vernietiging van het bestreden arrest en verwijzing naar een aangrenzend hof. De zaak draaide om de vraag of de geluidsmeting die was verricht, voldeed aan de eisen zoals gesteld in de Handleiding meten en rekenen industrielawaai. De verdediging stelde dat de meting niet reproduceerbaar was, omdat er geen volledig verslag van de meetmethode in het dossier aanwezig was. De Hoge Raad oordeelde echter dat de meting van de piekwaarde (Lmax) niet afhankelijk was van een gemiddelde geluidsmeting (Laeq) en dat de Handleiding geen steun bood voor de stelling van de verdediging.
De Hoge Raad concludeerde dat de verdachte als houder van de vergunning in de zin van artikel 8.20 van de Wet milieubeheer strafbaar was voor de overtreding van artikel 18.18 van dezelfde wet. De Hoge Raad verwierp het beroep, omdat er geen gronden aanwezig waren voor cassatie en de bestreden uitspraak niet ambtshalve vernietigd hoefde te worden.