ECLI:NL:HR:2000:AB2085
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- A.G. Pos
- D.H. Beukenhorst
- L. Monné
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag inkomstenbelasting en kinderopvangkosten
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak betreft een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1995, waarbij aan de belanghebbende een belastbaar inkomen van f 70.447,-- was opgelegd. Na bezwaar werd deze aanslag door de Inspecteur gehandhaafd, maar het Hof vernietigde deze uitspraak en verlaagde de aanslag naar f 67.555,--. De Staatssecretaris ging in cassatie, waarbij een middel werd voorgesteld. De belanghebbende diende een vertoogschrift in.
De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het Hof, behoudens de beslissing inzake het griffierecht, en verwees de zaak naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. De Hoge Raad oordeelde dat de uitleg van de regeling omtrent de aftrekbare kosten voor kinderopvang niet correct was toegepast door het Hof. De Hoge Raad stelde vast dat in gevallen van opvang van meerdere kinderen de drempelbedragen voor aftrek in aanmerking genomen moeten worden, en dat de bedragen voor elk kind bij elkaar opgeteld dienen te worden. Dit oordeel is gebaseerd op de bedoeling van de regelgever, zoals blijkt uit de toelichting bij de wijziging van de Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 1990.
De Hoge Raad concludeerde dat het middel slaagde en dat de uitspraak van het Hof niet in stand kon blijven. De zaak werd verwezen voor behandeling van het beroep op het vertrouwensbeginsel door de belanghebbende. De Hoge Raad achtte geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.