ECLI:NL:HR:2000:AA9096
Hoge Raad
- Cassatie
- R.J.J. Jansen
- G.J. Zuurmond
- A.E. de Moor
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag omzetbelasting en de waardering van certificaten door een coöperatie
In deze zaak gaat het om een naheffingsaanslag in de omzetbelasting die aan een coöperatie is opgelegd over het tijdvak van 1 januari 1988 tot en met 31 december 1992. De naheffingsaanslag bedroeg ƒ 2.873.799,-- en werd na bezwaar door de Inspecteur gehandhaafd. De coöperatie, die zich bezighoudt met de verwerving en verkoop van melk, ging in beroep bij het Hof, dat de aanslag verminderde tot ƒ 927.255,--. De Staatssecretaris van Financiën ging in cassatie tegen deze uitspraak van het Hof.
De Hoge Raad oordeelt dat de coöperatie haar leden verplichtte om deel te nemen in het eigen vermogen door middel van certificaten, en dat deze stortingen op certificaten als een vergoeding voor de levering van melk moeten worden aangemerkt. Het Hof had ten onrechte de nominale waarde van de certificaten als uitgangspunt genomen, in plaats van de werkelijke waarde die deze certificaten voor de leden vertegenwoordigden. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Hof en verwijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling.
De Hoge Raad oordeelt dat er geen termen zijn voor een veroordeling in de proceskosten en dat de vraag of de coöperatie recht heeft op een vergoeding voor de kosten in verband met de behandeling van het geding voor het Hof door het verwijzingshof moet worden beoordeeld. De uitspraak van de Hoge Raad is op 20 december 2000 gedaan door een collegiaal orgaan, met de vice-president als voorzitter en vier raadsheren.