ECLI:NL:HR:2000:AA7308
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- A.M.M. Orie
- A.J.A. van Dorst
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof Leeuwarden inzake openlijk geweld plegen
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Leeuwarden, dat op 18 maart 1999 uitspraak deed in een strafzaak tegen de verdachte J.S. De verdachte was veroordeeld voor openlijk met verenigde krachten geweld plegen tegen personen. Het beroep in cassatie werd ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door advocaat mr. J. Boksem. De Advocaat-Generaal Machielse concludeerde tot vernietiging van het bestreden arrest en verwijzing naar het gerechtshof te Arnhem voor herbehandeling.
De Hoge Raad oordeelde dat het Hof niet voldoende had gemotiveerd waarom een zwaardere straf was opgelegd dan door de Procureur-Generaal was gevorderd. De Procureur-Generaal had in hoger beroep 50 uren onbetaalde arbeid geëist, maar het Hof had 60 uren opgelegd. Dit verzuim leidde tot nietigheid van de uitspraak, en de Hoge Raad besloot de zaak zelf af te doen door de straf te verminderen tot het gevorderde aantal uren.
De Hoge Raad vernietigde het bestreden arrest, maar alleen voor wat betreft de duur van de onbetaalde arbeid. De Hoge Raad verwerpt het beroep voor het overige, wat betekent dat de andere onderdelen van de veroordeling in stand blijven. De uitspraak van de Hoge Raad is gedaan op 3 oktober 2000, en de zaak is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het de noodzaak van een deugdelijke motivering van strafopleggingen benadrukt.