ECLI:NL:HR:2000:AA5117

Hoge Raad

Datum uitspraak
14 maart 2000
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
42-99-V
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • M. Davids
  • A. Bleichrodt
  • J. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp
  • H. Koster
  • A. Aaftink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen beslissing Kantonrechter over administratieve sanctie voor parkeren zonder parkeerschijf

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een beslissing van de Kantonrechter te Helmond, die op 3 december 1998 een beroep van de betrokkene ongegrond heeft verklaard. De betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het parkeren van een motorvoertuig op meer dan twee wielen bij een blauwe streep zonder een parkeerschijf waarop de aanvangstijd was aangegeven. Dit feit vond plaats op 10 maart 1998 om 16.18 uur op het Koningsplein te Asten. De Kantonrechter oordeelde dat de gedraging was verricht, wat door de betrokkene werd betwist in zijn beroepschrift.

De Advocaat-Generaal Fokkens concludeerde dat het beroep in cassatie verworpen moest worden. De Hoge Raad heeft de relevante wetgeving, in dit geval artikel 25 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, in overweging genomen. Dit artikel stelt dat het verboden is om in een parkeerschijfzone te parkeren, tenzij dit op de juiste wijze is aangegeven. De Hoge Raad oordeelde dat de betrokkene niet voldeed aan de voorwaarden zoals gesteld in het tweede lid van dit artikel, omdat er twee parkeerschijven in het voertuig aanwezig waren met verschillende aanvangstijden.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, omdat er geen gronden aanwezig waren om de beslissing van de Kantonrechter te vernietigen. Dit arrest is uitgesproken op 14 maart 2000 door de vice-president Davids, samen met de andere rechters, en is gepubliceerd in de rechtspraak.

Uitspraak

14 maart 2000
Strafkamer
nr. 42-99-V
CJIB 20429366
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie
tegen de beslissing van de
Kantonrechter te Helmond
van 3 december 1998
betreffende:
[betrokkene], wonende te [woonplaats].
1. De beslissing van de Kantonrechter
De Kantonrechter heeft het beroep van de betrokkene ongegrond verklaard.
De beslissing van de Kantonrechter is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
2. Geding in cassatie
De betrokkene heeft tegen de beslissing van de Kantonrechter beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Fokkens heeft geconcludeerd dat het beroep zal worden verworpen.
3. Beoordeling van de bestreden beslissing
3.1. Bij inleidende beschikking is aan de betrokkene een administratieve sanctie opgelegd ter zake van:
"motorvoertuig op meer dan twee wielen parkeren bij blauwe streep zonder parkeerschijf waarop aanvangstijd is aangegeven" feitcode R399, op 10 maart 1998 te 16.18 uur op het Koningsplein te Asten.
3.2. Het beroepschrift bevat de klacht dat de Kantonrechter ten onrechte heeft geoordeeld dat de gedraging is verricht.
3.3. Art. 25 RVV 1990 luidt als volgt:
1. Het is verboden in een parkeerschijfzone te parkeren, behalve op parkeerplaatsen die als zodanig zijn aangeduid of aangegeven of plaatsen die zijn voorzien van een blauwe streep.
2. Op plaatsen die zijn voorzien van een blauwe streep, is het parkeren van een motorvoertuig op meer dan twee wielen slechts toegestaan, indien het motorvoertuig overeenkomstig het door Onze Minister bepaalde is voorzien van een duidelijk zichtbare parkeerschijf, waarop het tijdstip staat aangegeven waarop met parkeren is begonnen en de toegestane parkeerduur niet is verstreken.
3.4. Doel en strekking van dit artikel brengen mee dat aan in het tweede lid gestelde voorwaarden niet is voldaan in het zich blijkens de vaststelling van de Kantonrechter hier voordoende geval dat zich in het voertuig twee parkeerschijven bevonden, met daarop aangegeven twee verschillende aanvangstijden. De klacht faalt daarom.
3.5. Hieruit volgt dat, nu de Hoge Raad geen grond aanwezig oordeelt waarop de bestreden beschikking ambtshalve zou behoren te worden vernietigd, het beroep dient te worden verworpen.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president Davids als voorzitter, en de raadsheren Bleichrodt, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, Koster en Aaftink, in bijzijn van de waarnemend-griffier Verboon, en uitgesproken op 14 maart 2000.