ECLI:NL:HR:2000:AA4944
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Roelvink
- A. Neleman
- H. Herrmann
- F. Fleers
- J. Hammerstein
- D. de Savornin Lohman
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de ontvankelijkheid van een beroep tegen een arrest van het Gerechtshof inzake een verzekeringsovereenkomst
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 25 februari 2000 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen [verzekeringnemer] en N.V. Interpolis Schade. De eiser tot cassatie, [verzekeringnemer], had Interpolis gedagvaard voor de Rechtbank te Breda, waarbij hij vorderde dat Interpolis zijn verplichtingen uit de verzekeringsovereenkomst zou nakomen. De Rechtbank heeft in een tussenvonnis van 22 november 1994 een deskundigenonderzoek gelast en uiteindelijk in een eindvonnis van 23 april 1996 de vordering van [verzekeringnemer] toegewezen. Interpolis ging in hoger beroep bij het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat in een tussenarrest van 22 april 1997 het vonnis van de Rechtbank vernietigde en een aanvullend deskundigenbericht bevolen. In het eindarrest van 14 april 1998 wees het Hof de vorderingen van [verzekeringnemer] af.
Tegen deze arresten heeft [verzekeringnemer] cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het beroep tegen het tussenarrest beoordeeld en geconcludeerd dat [verzekeringnemer] niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat hij geen middelen heeft aangevoerd tegen dit arrest. Voor het beroep tegen het eindarrest van 14 april 1998 heeft de Hoge Raad de klachten van [verzekeringnemer] niet gegrond verklaard, omdat deze niet tot cassatie konden leiden. De conclusie van de Advocaat-Generaal Hartkamp strekte tot niet-ontvankelijkverklaring van het cassatieberoep voor zover gericht tegen het tussenarrest en tot verwerping van het beroep voor het overige.
De Hoge Raad heeft [verzekeringnemer] in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op ƒ 597,20 aan verschotten en ƒ 3.000,-- voor salaris. Deze uitspraak benadrukt het belang van het aanvoeren van middelen in cassatie en de rol van de Hoge Raad in het waarborgen van de rechtsontwikkeling en rechtseenheid.