ECLI:NL:HR:2000:AA4642
Hoge Raad
- Cassatie
- K. Korthals Altes
- A. Zuurmond
- J. Pos
- M. Beukenhorst
- J. Monné
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te ’s-Hertogenbosch van 27 oktober 1998. De zaak betreft een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1995, waarbij aan belanghebbende een aanslag is opgelegd naar een belastbaar inkomen van f 44.343,--. Na bezwaar tegen deze aanslag heeft de Inspecteur de aanslag gehandhaafd, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Inspecteur, wat leidde tot het cassatieberoep van belanghebbende.
De Hoge Raad beoordeelt in deze uitspraak of de belastingplichtige het gezamenlijke bedrag van zijn inkomsten uit arbeid grotendeels in de kantoorruimte heeft verworven, zoals vereist door artikel 36, lid 1, aanhef en letter b, onder 1°, van de Wet op de inkomstenbelasting 1964. De Hoge Raad verwijst naar een eerder arrest van 12 april 1995, nr. 29897, waarin is geoordeeld dat onder omstandigheden ook toekomstige inkomsten kunnen worden begrepen. In dit geval is echter vastgesteld dat er geen sprake is van dergelijke omstandigheden. De Hoge Raad concludeert dat het Hof terecht de toekomstige inkomsten buiten beschouwing heeft gelaten bij de bepaling van het gezamenlijke bedrag van belanghebbendes inkomsten uit arbeid.
De Hoge Raad verwerpt het beroep en oordeelt dat er geen termen aanwezig zijn voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is op 2 februari 2000 vastgesteld door de vice-president Korthals Altes als voorzitter, en de raadsheren Zuurmond, Pos, Beukenhorst en Monné, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier Fase, en op die datum in het openbaar uitgesproken.