ECLI:NL:HR:2000:AA4328
Hoge Raad
- Cassatie
- Pos
- Beuken-horst
- Monné
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 29 september 1998. De zaak betreft een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1995, waarbij aan belanghebbende een belastbaar inkomen van f 34.262,-- was opgelegd. Na bezwaar tegen deze aanslag, heeft de Inspecteur de aanslag gehandhaafd, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Inspecteur, waarop belanghebbende cassatie heeft ingesteld.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en zich gericht op de vraag of de ziekenhuisopnames van belanghebbende in 1995 als één opname moesten worden beschouwd volgens artikel 46, lid 3, letter e, van de Wet op de inkomstenbelasting 1964. Het Hof had deze vraag ontkennend beantwoord, en de Hoge Raad oordeelde dat dit oordeel juist was. Het middel van belanghebbende kon derhalve niet tot cassatie leiden.
Daarnaast heeft de Hoge Raad overwogen dat er geen termen aanwezig zijn voor een veroordeling in de proceskosten, zoals bedoeld in artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep van belanghebbende verworpen, en dit arrest is op 19 januari 2000 vastgesteld door de raadsheer Pos als voorzitter, samen met de raadsheren Beuken-horst en Monné, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier Bolle. Het arrest is op die datum in het openbaar uitgesproken.