ECLI:NL:HR:2000:AA4114
Hoge Raad
- Cassatie
- M. Mijnssen
- A. Neleman
- J. Heemskerk
- H. Herrmann
- P. van der Putt-Lauwers
- Rechtspraak.nl
Cassatie over subrogatie in schadevergoeding bij verzekeringskwesties
In deze zaak gaat het om een cassatieprocedure tussen Nationale-Nederlanden en Woudsend, waarbij de Hoge Raad op 7 januari 2000 uitspraak doet. De zaak betreft een geschil over de subrogatie van Nationale-Nederlanden in de rechten van een verzekerde na een ongeval. De Hoge Raad verwijst naar een eerder arrest van 16 september 1994, waarin het Gerechtshof te 's-Gravenhage een eerdere uitspraak had vernietigd en de zaak had verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam. In dat hof werd Nationale-Nederlanden niet-ontvankelijk verklaard in haar hoger beroep tegen eerdere vonnissen van de Rechtbank te 's-Gravenhage. De Hoge Raad behandelt de vraag of Nationale-Nederlanden, die ziektekosten had vergoed aan de verzekerde, zich kan beroepen op subrogatie op basis van artikel 284 van het Wetboek van Koophandel. De Hoge Raad oordeelt dat de verzekeraar ook in de rechten van de benadeelde kan worden gesubrogeerd, zelfs als de schade niet verplicht is vergoed. Dit betekent dat de Hoge Raad het oordeel van het Gerechtshof te Amsterdam vernietigt en de zaak verwijst naar het Gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling. Woudsend wordt veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Nationale-Nederlanden zijn begroot op een totaal van fl 4.881,46.