ECLI:NL:HR:1999:AA4006
Hoge Raad
- Cassatie
- M. Mijnssen
- A. Herrmann
- M. van der Putt-Lauwers
- J. de Savornin Lohman
- W. Hammerstein
- H. Heemskerk
- Rechtspraak.nl
Cassatie van de Gemeente Waterland tegen de beschikking van de Rechtbank te Haarlem inzake terugvordering van bijstand
In deze zaak heeft de Gemeente Waterland cassatie ingesteld tegen een beschikking van de Rechtbank te Haarlem, die op 24 november 1998 de eerdere beslissing van de Kantonrechter te Zaandam had vernietigd. De Gemeente had verzocht om terugvordering van bijstandsuitkeringen die aan [verweerster] waren verstrekt, op basis van de stelling dat zij niet had voldaan aan haar informatieplicht. De Kantonrechter had het verzoek van de Gemeente toegewezen, maar de Rechtbank oordeelde dat de Gemeente onvoldoende had aangetoond dat de bijstand onterecht was verleend.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de Rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat de Gemeente niet in staat was om de waarde van de in beslag genomen goederen te bepalen. De Gemeente had gemotiveerd gesteld dat [verweerster] haar niet tijdig op de hoogte had gesteld van de teruggave van deze goederen, wat relevant was voor de beoordeling van de rechtmatigheid van de verstrekte bijstand. De Hoge Raad oordeelde dat de gronden voor de afwijzing van het verzoek door de Rechtbank niet konden dragen en dat de Rechtbank had nagelaten te beoordelen of het verzoek van de Gemeente gedeeltelijk toewijsbaar was.
De Hoge Raad vernietigde de beschikking van de Rechtbank en verwees de zaak terug naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. Dit arrest benadrukt het belang van de informatieplicht van bijstandsontvangers en de verantwoordelijkheden van gemeenten bij het terugvorderen van onterecht verstrekte bijstand.