ECLI:NL:HR:1999:AA2762

Hoge Raad

Datum uitspraak
12 mei 1999
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
34516
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • A. van Brunschot
  • J. Hammerstein
  • M. Lourens
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 27 mei 1998, betreffende een naheffingsaanslag in de motorrijtuigenbelasting. De naheffingsaanslag was opgelegd voor het motorrijtuig met kenteken 11-00-AA, over het tijdvak van 25 januari 1996 tot en met 24 april 1996. De aanslag bedroeg f 266,-- aan enkelvoudige belasting en f 50,-- aan verhoging. Na bezwaar tegen deze aanslag, handhaafde de Inspecteur de aanslag. Belanghebbende ging in beroep bij het Hof, dat de uitspraak van de Inspecteur vernietigde en de naheffingsaanslag verminderde tot f 266,-- zonder verhoging. De uitspraak van het Hof is aan het arrest gehecht.

Belanghebbende heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Hof. De Staatssecretaris van Financiën heeft het cassatieberoep bestreden in een vertoogschrift. De Hoge Raad heeft het middel van cassatie beoordeeld en geconcludeerd dat het middel niet tot cassatie kan leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 101a van de Wet op de rechterlijke organisatie, aangezien het middel geen rechtsvragen oproept die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

De Hoge Raad heeft ook de proceskosten beoordeeld en geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten, zoals bedoeld in artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. Dit arrest is vastgesteld op 12 mei 1999 door de raadsheer A. van Brunschot als voorzitter, en de raadsheren J. Hammerstein en M. Lourens, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier Van Hooff, en op die datum openbaar uitgesproken.

Uitspraak

gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 27 mei 1998 betreffende na te melden naheffingsaanslag in de motorrij tuigenbelasting.
1. Aanslag en bezwaar Aan belanghebbende is voor het motorrijtuig met kenteken 11-00-AA een naheffingsaanslag in de motor rijtuigenbelasting opgelegd, berekend over het tijdvak 25 januari 1996 tot en met 24 april 1996, ten bedrage van f 266,-- aan enkelvoudige belasting, en f 50,-- aan ver- hoging, welke aanslag, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Inspecteur is gehandhaafd. Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij het Hof, dat deze uitspraak en heeft vernietigd en de naheffingsaanslag heeft verminderd tot een aanslag ten bedrage van f 266,--, zonder verhoging. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit. De Staatssecretaris van Financiën heeft bij vertoogschrift het cassatieberoep bestreden.
3. Beoordeling van het middel van cassatie Het middel kan niet tot cassatie leiden. Zulks be hoeft, gezien artikel 101a van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Proceskosten De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een ver oordeling in de proceskosten als bedoeld in artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken.
5. Beslissing De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is op 12 mei 1999 vastgesteld door de raadsheer Van Brunschot als voorzitter, en de raadsheren Hammerstein en Lourens, in tegenwoordigheid van de waar- nemend griffier Van Hooff, en op die datum in het open- baar uitgesproken.