ECLI:NL:HR:1998:AA2522
Hoge Raad
- Cassatie
- Zuurmond
- Fleers
- Pos
- Beukenhorst
- Monné
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag in de baatbelasting riolering door gemeente Venray
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 17 maart 1997, betreffende een aanslag in de baatbelasting riolering a-straat van de gemeente Venray. De aanslag, ter hoogte van f 3.500,--, werd opgelegd door de burgemeester en wethouders van Venray en na bezwaar door hen gehandhaafd. Belanghebbende ging in beroep bij het Hof, dat de uitspraak van B en W bevestigde.
In cassatie heeft belanghebbende de uitspraak van het Hof bestreden. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de gemeente Venray een riolering heeft aangelegd in de a-straat, waardoor onroerende zaken in de a-straat en b-straat, waaronder die van belanghebbende, konden worden aangesloten op het gemeentelijk rioolstelsel. De riolering fungeert als bergingsriool en verbindt het gemeentelijk rioolstelsel met de c-beek, wat essentieel is voor de opvangcapaciteit van het rioolstelsel.
De Hoge Raad oordeelt dat de Verordening baatbelasting riolering a-straat onmiskenbaar gericht is op het belasten van onroerende zaken die door de aanleg van de riolering de mogelijkheid kregen om aan te sluiten op het gemeentelijk rioolstelsel. De stelling van belanghebbende dat er geen baatbelasting kan worden geheven omdat het zou gaan om een bovenwijkse voorziening, wordt verworpen. De Hoge Raad concludeert dat de middelen van belanghebbende niet slagen en dat het oordeel van het Hof niet blijk geeft van een onjuiste rechtsopvatting.
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten en verwerpt het beroep. Dit arrest is op 10 juni 1998 vastgesteld door de raadsheer Zuurmond als voorzitter, en de raadsheren Fleers, Pos, Beukenhorst en Monné, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier Barendse, en op die datum in het openbaar uitgesproken.