ECLI:NL:HR:1998:AA2376
Hoge Raad
- Cassatie
- Zuurmond
- Fleers
- Pos
- Beukenhorst
- Monné
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de heffing van baatbelasting in verband met herinrichting van een voetgangersgebied
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem, die betrekking heeft op een aanslag in de baatbelasting voor het jaar 1995. Deze aanslag, ter hoogte van f 3.010,--, was opgelegd voor de herinrichting van het voetgangersgebied in de binnenstad van de gemeente Doetinchem. Na bezwaar tegen de aanslag, handhaafden de Burgemeester en Wethouders (B en W) van Doetinchem de aanslag, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof bevestigde de uitspraak van B en W, waarop belanghebbende cassatie instelde.
In cassatie werd vastgesteld dat de baatbelasting wordt geheven ter zake van onroerende zaken die gebaat zijn door gemeentelijke voorzieningen. De maatstaf van heffing is gebaseerd op het aantal volle strekkende meters van de onroerende zaak dat grenst aan bepaalde straten, zoals omschreven in de Verordening. Belanghebbende voerde aan dat de berekening van de heffingsgrondslag onredelijke uitkomsten oplevert, waardoor haar onroerende zaak onevenredig zwaar wordt belast in vergelijking met andere panden.
De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van belanghebbende gegrond zijn. De gestelde feiten, waarover het Hof zich niet had uitgelaten, waren van dien aard dat het oordeel van het Hof zonder nadere motivering niet begrijpelijk was. De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het Hof en verwees de zaak naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling. Tevens werd bepaald dat B en W het griffierecht van f 300,-- aan belanghebbende dienden te vergoeden.