ECLI:NL:HR:1998:AA2356
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Bellaart
- M. van der Putt-Lauwers
- J. Meij
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting en rechtsgeldigheid tenaamstelling
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 8 juli 1997, betreffende een naheffingsaanslag in de motorrijtuigenbelasting. De naheffingsaanslag was opgelegd voor het motorrijtuig met kenteken AA-00-BB, berekend over de periode van 28 oktober 1995 tot en met 27 januari 1996, met een totaalbedrag van f 97,-- aan enkelvoudige belasting en f 97,-- aan verhoging. Na bezwaar tegen de aanslag heeft de Inspecteur deze gehandhaafd, zonder kwijtschelding van de verhoging te verlenen. Belanghebbende heeft vervolgens beroep ingesteld bij het Hof, dat de uitspraak van de Inspecteur heeft bevestigd.
In cassatie heeft belanghebbende de uitspraak van het Hof bestreden. De Staatssecretaris van Financiën heeft het cassatieberoep bestreden, maar zich voor de proceskosten gerefereerd aan het oordeel van de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat het Hof terecht heeft geoordeeld dat een onjuiste tenaamstelling van een aanslagbiljet in het algemeen niet leidt tot een belastingverplichting, tenzij de onvolkomenheid zo gering is dat er geen misverstand kan bestaan over de bestemming van het biljet. In dit geval was de tenaamstelling van de naheffingsaanslag niet correct, maar de Hoge Raad oordeelde dat dit geen onjuiste rechtsopvatting van het Hof opleverde.
De overige klachten van belanghebbende werden eveneens verworpen, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad oordeelde dat er geen termen aanwezig waren voor een veroordeling in de proceskosten. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, en dit arrest is op 31 augustus 1998 vastgesteld door de raadsheer Bellaart als voorzitter, samen met de raadsheren Van der Putt-Lauwers en Meij, en in het openbaar uitgesproken.