Hoge Raad der Nederlanden
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 27 oktober 1995 alsmede tegen alle op de terechtzitting van dit Hof gegeven beslissingen in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1958, wonende te
[woonplaats].
1. De bestreden einduitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep - met vernietiging van een vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Zutphen van 4 januari 1995 - de verdachte vrijgesproken van het haar bij inleidende dagvaarding onder 2. primair telastegelegde en haar voorts ter zake van 1. "medeplegen van moord" 2. " medeplegen van medeplichtigheid tot en medeplichtigheid tot: poging tot oplichting" veroordeeld tot vijf jaren gevangenisstraf.
Het beroep - dat zich kennelijk niet richt tegen de gegeven vrijspraak - is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr G. Spong, advocaat te 's-Gravenhage, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
3. De conclusie van het Openbaar Ministerie
De Advocaat-Generaal Fokkens heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest voorzover het betreft de kwalificatie van het onder 2 bewezenverklaarde, verbetering van die kwalificatie door aan "poging tot oplichting" toe te voegen "meermalen gepleegd", met verwerping van het beroep voor het overige.
4. Telastelegging en bewezenverklaring
4.1. Aan de verdachte is, voorzover in cassatie van belang; telastegelegd dat:
1.
zij, als Nederlandse, op of omstreeks 23 november 1993 te Pagbilao/Quezon .(Filipijnen) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade een (onbekend gebleven) man van het leven heeft beroofd, immers heeft/hebben verdachte en/of (een of meer van) haar mededader(s) opzettelijk en na kalm beraad en rustig overleg:
- en/of (vervolgens) benzine in zijn keel gegoten
- en/of die man met benzine, althans een brandbare vloeistof overgoten en/of besprenkeld
- en/of in een auto geplaatst
- en/of benzine in of op die auto gegoten
- en/of (vervolgens) die man en/of die auto in brand gestoken,
tengevolge van een of meer van genoemde handeling(en) voornoemde man is overleden;
2.
[medeverdachte] in of omstreeks de periode van 1 augustus 1993 tot 1 februari 1994 te Antwerpen en/of elders in België en/of Nederland ter uitvoering van het door [medeverdachte] voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de verzekeringsmaatschappij(en) Mercator NV en/of Urbaine UAP en/of AEGON Leven NV en/of Swisslife en/of Assubel leven NV te bewegen tot de afgifte van (telkens) (het) op het leven van die [betrokkene 1] afgesloten verzekerde bedrag(en) althans verzekeringspenningen (totaal ca. 70 miljoen Belgische Francs), in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid tezamen en in vereniging met een of meer van [medeverdachte] mededader(s), althans die [medeverdachte] alleen,
een of meer van voornoemde verzekeringsmaatschappij(en) hebben/heeft geïnformeerd (onder meer met behulp van valse of vervalste documenten waarin het overlijden van die [betrokkene 1] werd vermeld) dat de verzekerde [betrokkene 1] (na het afsluiten van de verzekering) was overleden, waarbij de in de respectievelijke verzekeringspolissen als begunstigde genoemde [medeverdachte] in aanmerking wenste te komen van de verzekerde bedragen,
zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid, alleen tengevolge van de van die [medeverdachte] en/of [medeverdachte] mededader(s) wil onafhankelijke omstandigheid dat werd ontdekt dat die verzekerde [betrokkene 1] niet was overleden, in elk geval alleen tengevolge van een van die [medeverdachte] en/of die [medeverdachte] mededader(s) wil onafhankelijke omstandigheid,
bij en/of tot bovenomschreven misdrijf verdachte, als Nederlandse, in of omstreeks de periode van 1 augustus 1993 tot 1 februari 1994 in Antwerpen en/of elders in België en/of Nederland en/of Duitsland en/of de Filipijnen, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, hebbende verdachte en/of haar mededaders telkens opzettelijk:
- [medeverdachte] en/of [betrokkene 1] medegedeeld dat (zakelijk weergegeven) op de Filipijnen een fictief overlijden en/of het zich verschaffen van een andere identiteit gemakkelijk geregeld kon worden;
- [medeverdachte] en/of [betrokkene 1] vliegtickets voor een vlucht van Frankfurt naar Manilla, althans de Filipijnen, ter beschikking gesteld;
- die [medeverdachte] bijgestaan in haar, [medeverdachte] , contacten met de Filipijnse politiële autoriteiten, onder meer bij gelegenheid van aangifte van vermissing van die [betrokkene 1] bij de politie te Pagbilao/Quezon;
- die [betrokkene 1] een vals of vervalst (Filipijns) paspoort ter beschikking gesteld;
- voor de (fictief overleden) [betrokkene 1] een of meer onderduikadres (sen) op de Filipijnen geregeld of daarin bemiddeld;
- een zogenaamde Sworn Statement (opgemaakt op 24 november 1993 te Pagbilao/Quezon) afgelegd en/of ondertekend;
- voor de (fictief overleden) [betrokkene 1] een of meer onderduikadres (sen) in Nederland geregeld of daarin bemiddeld,
4.2. Daarvan is bewezenverklaard dat:
"1. zij, als Nederlandse, op 23 november 1993 te Pagbilao/Quezon (Filipijnen) tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk en met voorbedachten rade een (onbekend gebleven) man van het leven heeft beroofd, immers hebben verdachte en (een of meer van) haar mededaders opzettelijk en na kalm beraad en rustig overleg :
- en vervolgens benzine in zijn keel gegoten
- en in een auto geplaatst
- en benzine in die auto gegoten
- en vervolgens die man en/of die auto in brand gestoken, tengevolge van een of meer van genoemde handeling (en) voornoemde man is overleden;
2. [medeverdachte] in of omstreeks de periode van 1 augustus 1993 tot 1 februari 1994 in België ter uitvoering van het door [medeverdachte] voorgenomen misdrijf om, met het oogmerk om zich en anderen wederrechtelijk te bevoordelen door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en door een samenweefsel van verdichtsels, de verzekeringsmaatschappijen Mercator NV en Urbaine UAP en AEGON Leven NV en Swisslife te bewegen tot de afgifte van telkens het op het leven van [betrokkene 1] afgesloten verzekerde bedrag althans verzekeringspenningen (totaal ca. 70 miljoen Belgische Francs), met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid voornoemde verzekeringsmaatschappijen heeft geïnformeerd (onder meer met behulp van valse of vervalste documenten waarin het overlijden van die [betrokkene 1] werd vermeld) dat de verzekerde [betrokkene 1] (na het afsluiten van de verzekering) was overleden, waarbij de in de respectievelijke verzekeringspolissen als begunstigde genoemde [medeverdachte] in aanmerking wenste te komen van de verzekerde bedragen, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid, alleen tengevolge van de van die [medeverdachte] wil onafhankelijke omstandigheid dat werd ontdekt dat die verzekerde [betrokkene 1] niet was overleden, tot bovenomschreven misdrijf verdachte, als Nederlandse, in of omstreeks de periode van 1 augustus 1993 tot 1 februari 1994 in België en Nederland en Duitsland en Filippijnen, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, hebbende verdachte telkens opzettelijk:
- tezamen met haar mededader [medeverdachte] en/of [betrokkene 1] medegedeeld dat (zakelijk weergegeven) op de Filippijnen het zich verschaffen van een andere identiteit gemakkelijk geregeld kon worden;
- tezamen met haar mededader [medeverdachte] en/of [betrokkene 1] vliegtickets voor een vlucht van Frankfurt naar Manilla, ter beschikking gesteld;
- die [medeverdachte] bijgestaan in haar, [medeverdachte] , contacten met de Filippijnse politiële autoriteiten, onder meer bij gelegenheid van aangifte van vermissing van die [betrokkene 1] bij de politie te Pagbilao/Quezon;
- voor de (fictief overleden) [betrokkene 1] een onderduikadres op de Filippijnen geregeld of daarin bemiddeld;
- een zogenaamde Sworn Statement (opgemaakt op 24 november 1993 te Pagbilao/Quezon) afgelegd en ondertekend".
5. Beoordeling van het tweede middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 101a RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of van de rechtsontwikkeling.
6. Beoordeling van de bestreden uitspraak naar aanleiding van het derde middel en ambtshalve
6.1. Het Hof heeft onder 2 bewezenverklaard dat de verdachte tot de in de bewezenverklaring weergegeven poging tot oplichting van een viertal verzekeringsmaatschappijen "tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen" opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft door opzettelijk een aantal in de bewezenverklaring omschreven handelingen, ten dele tezamen met haar mededader en ten dele alleen, te verrichten.
6.2. Ten gevolge van een kennelijk misslag heeft het Hof de in de telastelegging voorkomende woorden "althans alleen" ook in de bewezenverklaring laten staan. De Hoge Raad leest de bewezenverklaring met verbetering van deze misslag.
Voorts heeft het Hof het aldus bewezenverklaarde ten onrechte gekwalificeerd als hiervoor onder 1 weergegeven. Deze kwalificatie moet zijn: "medeplegen van medeplichtigheid tot poging tot oplichting, meermalen gepleegd".
6.3. Het derde middel is dus terecht voorgesteld. De Hoge Raad zal de kwalificatie verbeteren.
7. Beoordeling van het eerste middel
7.1. In het middel wordt erover geklaagd dat het Hof in de bestreden uitspraak niet ervan heeft doen blijken te hebben onderzocht of de telastegelegde feiten voorzover deze buiten Nederland zouden zijn begaan aldaar ook strafbaar zijn gesteld.
7.2. Tot de stukken waarvan blijkens het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep de korte inhoud is voorgelezen behoort een brief met bijlagen, van 16 december 1994, van de Minister van Justitie aan de Hoofdofficier van Justitie te Zutphen. Tot die bijlagen behoort een afschrift van enkele wetsbepalingen, waaruit het Hof kennelijk en niet onbegrijpelijk heeft afgeleid dat het feit als onder 1 is telastegelegd en bewezenverklaard bij de wet van de Filippijnen strafbaar is gesteld. Door ter terechtzitting de korte inhoud van die brief aan de orde te stellen heeft het Hof genoegzaam doen blijken naar de eis van art. 5, tweede lid, Sr de strafbaarstelling daarvan bij de wet van het land waar het feit is begaan te hebben onderzocht. Voorzover het middel betrekking heeft op feit 1 faalt het om die reden.
7.3. Voorzover het middel betrekking heeft op het onder 2 telastegelegde en bewezenverklaarde faalt het eveneens. Als plaats waar de aldaar omschreven medeplichtigheidshandelingen hebben plaatsgehad geldt immers niet alleen die waar die handelingen werden verricht, maar ook die waar het misdrijf werd gepleegd waarop die medeplichtigheidshandelingen betrekking hadden, te weten België. Tot de bijlagen bij de hiervoren onder 7.2 genoemde brief behoren afschriften van wetsbepalingen waaruit het Hof kennelijk en niet onbegrijpelijk heeft afgeleid dat medeplichtigheid aan oplichting als onder 2 telastegelegd en bewezen- verklaard bij de Belgische wet strafbaar is gesteld. Door ter terechtzitting de korte inhoud van die brief aan de orde te stellen heeft het Hof genoegzaam doen blijken ook de strafbaarstelling van het onder 2 telastegelegde en bewezenverklaarde bij de wet van het land waar het is begaan te hebben onderzocht.
7.4. Het middel is derhalve tevergeefs voorgesteld.
8. Beoordeling van het vierde middel
8.1. Blijkens het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep heeft de verdachte aldaar onder meer aangevoerd:
Het klopt niet dat Ik onderhandelingen heb gevoerd met [betrokkene 2] over het aan hem te betalen bedrag, al lijkt dat volgens de verklaringen van [medeverdachte] en [betrokkene 1] wel het geval te zijn geweest. Ik ben er wel bij geweest maar ik heb alleen getolkt naar [betrokkene 2] wat [betrokkene 1] voorstelde. Dat er een jerrycan is achtergelaten door [betrokkene 2] weet ik ook niet. De politie heeft mij gedwongen dat te zeggen en ik heb dat gezegd om een eind te maken aan de zaak. De rechter-commissaris heeft een verklaring aan mij voorgelezen en ik hoefde alleen maar ja te zeggen. God kijkt naar ons en die weet dat ik niets gedaan heb. Ik heb vanuit de Filippijnen tweemaal naar [betrokkene 3] gebeld. De eerste keer heb ik gezegd dat we goed waren aangekomen en de tweede keer heb ik gevraagd of [betrokkene 3] het goed vond dat [betrokkene 1] onze auto gebruikte. Waarvoor die zou worden gebruikt is niet ter sprake gekomen. Het in de auto aangetroffen verbrande lijk heb ik niet hoeven identificeren. Ik heb het lijk van ver gezien. Ik kon niet zeggen dat het [betrokkene 1] was daarvoor kende ik hem niet goed genoeg.
Toen ik op de Filippijnen kwam, wist ik nog niets van de gemaakte plannen. Toen ik terug was in Nederland, belde [betrokkene 4] naar mijn man en toen werd pas duidelijk dat het iets met levensverzekeringen te maken had. Dat mijn verklaringen bij de politie op iets anders lijken te wijzen, is te verklaren uit de omstandigheden. Ik kon al die tijd dat ik ben verhoord met niemand anders praten. Ik beschikte enkel over het dossier uit België, dat ik uitvoerig heb gelezen. Als ik het niet begreep, vroeg ik een bewaarder of die het wilde uitleggen. De manier waarop de politie mij ondervroeg, was vernederend. Ze schreeuwden tegen mij en legden woorden in mijn mond. Ze bleven maar vragen. Het enige wat ik kon doen om hen tevreden te stellen, was ja zeggen. De rechter-commissaris heeft niet tegen mij geschreeuwd. Ik was echter mijn concentratie kwijt, kon niet meer nadenken. Ik begreep het niet meer en ik verkeerde in totale verwarring. De enige oplossing daarvoor was ja zeggen.
8.2. Het Hof heeft de in het middel bedoelde uitlatingen van de verdachte kennelijk niet aldus verstaan dat zij strekken ten betoge dat de door het Hof tot bewijs gebezigde verklaring van de verdachte niet in vrijheid is afgelegd. Dat is niet onbegrijpelijk, aangezien de raadsman dienaangaande geen verweer heeft gevoerd, de verdachte het betoog met betrekking tot de door haar afgelegde verklaring ten aanzien van de jerrycan niet nader heeft gestaafd met concrete feiten en omstandigheden en zij voor het overige niet heeft aangegeven welke verklaringen zij onder dwang van de politie zou hebben afgelegd.
8.3. Het middel is derhalve tevergeefs voorgesteld.
Nu vernietiging op grond van het onder 6 overwogene slechts tot na te vermelden verbetering leidt en de middelen voor het overige niet tot cassatie kunnen leiden, terwijl de Hoge Raad geen grond aanwezig oordeelt waarop de bestreden uitspraak, voorzover aan zijn oordeel onderworpen, ambtshalve zou behoren te worden vernietigd, moet worden beslist als volgt.
De Hoge Raad:
Vernietigt de bestreden uitspraak voorzover aan 's Hogen Raads oordeel onderworpen, doch uitsluitend voor wat betreft de kwalificatie van het onder 2 bewezenverklaarde;
Kwalificeert het bewezenverklaarde onder 2 als "medeplegen van medeplichtigheid tot poging tot oplichting, meermalen gepleegd";
Verwerpt het beroep voor het overige.
Dit arrest is gewezen door de vice-president Haak als voorzitter, en de raadsheren Keijzer, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, Koster en Corstens, in bijzijn van de waarnemend-griffier Brouwer, en uitgesproken op
18 februari 1997.