ECLI:NL:HR:1997:AA2199
Hoge Raad
- Cassatie
- Zuurmond
- Pos
- Beukenhorst
- Rechtspraak.nl
Cassatie van de Staatssecretaris van Financiën inzake aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, die betrekking heeft op de aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1992 van belanghebbende, aangeduid als X. De aanslag was opgelegd naar een belastbaar inkomen van ƒ 65.357,--, maar na bezwaar van belanghebbende heeft de Inspecteur de aanslag gehandhaafd. Belanghebbende ging in beroep bij het Hof, dat de aanslag verlaagde tot ƒ 64.165,--. De Staatssecretaris van Financiën heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen deze uitspraak.
In cassatie is vastgesteld dat belanghebbende lijdt aan reuma en gebruik maakt van een rolstoel. Hij heeft een aangepaste woning gekregen van de woningbouwvereniging, met aanpassingen zoals extra brede deuren en een vergrote oppervlakte. Voor de verwarming van zijn woning heeft hij in dat jaar 4.600 m3 gas verbruikt, waarvan hij 2.600 m3 heeft aangemerkt als kosten die voortvloeien uit de aanpassingen. Hij heeft om aftrek van deze kosten als buitengewone last gevraagd.
Het Hof oordeelde dat de extra verwarmingskosten voortkwamen uit warmteverliezen door de aanpassingen en dat deze kosten als regelmatig terugkerende uitgaven voor hulpmiddelen moesten worden beschouwd. De Staatssecretaris betwistte dit oordeel in cassatie, stellende dat de extra verwarmingskosten niet als uitgaven voor de aanpassingen kunnen worden aangemerkt en dat de aanpassingen niet als hulpmiddelen in de zin van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 kunnen worden beschouwd.
De Hoge Raad oordeelde dat het middel van de Staatssecretaris terecht was voorgesteld. De extra verwarmingskosten kunnen niet worden aangemerkt als uitgaven voor de aanpassingen van de woning, en de uitspraak van het Hof kan niet in stand blijven. De Hoge Raad bevestigde de uitspraak van de Inspecteur en vernietigde de uitspraak van het Hof, behoudens de beslissing omtrent het griffierecht. De proceskosten werden niet toegewezen.