ECLI:NL:HR:1996:AA1752
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Stoffer
- J. Urlings
- C. Zuurmond
- M. Fleers
- W. Beukenhorst
- Rechtspraak.nl
Cassatie inzake aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen met betrekking tot nalatenschap en bewonerslasten
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X te Z tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam, die betrekking heeft op de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 1991. De belanghebbende ontving een aanslag gebaseerd op een belastbaar inkomen van ƒ 65.689,--, welke door de Inspecteur ambtshalve werd verminderd tot ƒ 66.194,--. Na bezwaar werd de aanslag verder verlaagd tot ƒ 65.444,--. De belanghebbende ging in beroep bij het Hof, dat de aanslag uiteindelijk verlaagde tot ƒ 65.006,--. De uitspraak van het Hof is aan het arrest gehecht.
In cassatie werd door de belanghebbende aangevoerd dat de kosten die zijn gemaakt voor een appartement dat deel uitmaakte van een nalatenschap, aftrekbaar zouden moeten zijn. De echtgenote van de belanghebbende had 1/9 deel van de nalatenschap van haar overleden zuster verkregen, en de erfgenamen hadden geprobeerd het appartement te verkopen. Gedurende de periode dat het appartement niet bewoond was, hebben de erfgenamen servicekosten betaald. Het Hof oordeelde dat deze kosten, die bewonerslasten vormden, niet aftrekbaar zijn voor de verkrijgers krachtens erfrecht, ook al was het appartement niet feitelijk gebruikt.
De Hoge Raad bevestigde het oordeel van het Hof en oordeelde dat het middel faalt. De Hoge Raad achtte geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing van de Hoge Raad was dat het beroep werd verworpen. Dit arrest is op 20 november 1996 vastgesteld door de vice-president Stoffer en de raadsheren Urlings, Zuurmond, Fleers en Beukenhorst, en werd in het openbaar uitgesproken.