ECLI:NL:HR:1995:AA1655
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Stoffer
- J. Urlings
- A. Zuurmond
- H. Herrmann
- M. Fleers
- Rechtspraak.nl
Cassatie over kapitaalsbelasting en zakelijke rentevergoeding
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 24 juli 1995 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende de kapitaalsbelasting van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid X B.V. De zaak betreft een beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 26 mei 1994, waarin het Hof de beslissing van de Inspecteur om geen teruggaaf van kapitaalsbelasting te verlenen, heeft bevestigd. Belanghebbende had een bedrag van ƒ 3.269,-- aan kapitaalsbelasting op aangifte voldaan en was in beroep gegaan tegen de uitspraak van de Inspecteur. Het Hof oordeelde dat de belanghebbende niet kon aantonen dat een derde als crediteur genoegen zou hebben genomen met een lagere rentevergoeding dan de zakelijke rente van ƒ 356.900,--, terwijl de aandeelhouder A slechts een rentevergoeding van ƒ 30.000,-- had ontvangen. Dit oordeel werd door de Hoge Raad bevestigd, waarbij werd opgemerkt dat de omstandigheid dat A een natuurlijk persoon is, niet afdoet aan het feit dat het voordeel dat belanghebbende heeft genoten door het afzien van een zakelijke rentevergoeding, onder de reikwijdte van artikel 34 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer valt. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten.