ECLI:NL:HR:1995:AA1510
Hoge Raad
- Cassatie
- A. van der Linde
- C.H.M. Jansen
- A. van der Putt-Lauwers
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen uitspraak Gerechtshof Arnhem inzake naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van belanghebbende, aangeduid als X, tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 18 augustus 1993. De zaak betreft een naheffingsaanslag in de motorrijtuigenbelasting die aan belanghebbende was opgelegd. Na het indienen van bezwaar tegen deze aanslag, handhaafde de Inspecteur de aanslag en verleende geen kwijtschelding van de verhoging. Belanghebbende ging in beroep bij het Hof, maar werd bij beschikking van 4 augustus 1992 door de Voorzitter van de Eerste Meervoudige Belastingkamer niet-ontvankelijk verklaard in haar beroep wegens het niet tijdig betalen van het griffierecht. Het Hof verklaarde het verzet van belanghebbende tegen deze beschikking ongegrond.
Belanghebbende stelde vervolgens cassatie in tegen de uitspraak van het Hof. De Staatssecretaris van Financiën heeft het cassatieberoep bestreden. De Hoge Raad beoordeelde het beroep in cassatie en constateerde dat het beroepschrift geen klachten bevatte tegen de uitspraak van het Hof. Ook ambtshalve bleek er geen grond te zijn voor vernietiging van de uitspraak van het Hof. Hierdoor kon het beroep niet tot cassatie leiden.
De Hoge Raad oordeelde verder dat er geen termen aanwezig waren voor een veroordeling in de proceskosten, zoals bedoeld in de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken. Uiteindelijk verwerpt de Hoge Raad het beroep en wordt het door belanghebbende betaalde griffierecht van f 75,-- teruggegeven door de Griffier van de Hoge Raad. Dit arrest is op 27 september 1995 vastgesteld door de raadsheren en in het openbaar uitgesproken.